Schriftuurlijke opvoeding van kinderen in context

Inleiding

Kinderen opvoeden is ingewikkeld en vereist de nodige zorg en aandacht. Het is dus heel gewoon dat ouders zich onbekwaam en onzeker voelen als het om de opvoeding van kinderen gaat. Veel ouders hebben behoefte aan hulp. Uiteraard wil elke ouder de beste hulp en adviezen voor zijn kinderen. Waar kunnen de beste adviezen gevonden worden?


Hoewel de Schrift geen handboek voor het opvoeden van kinderen is, heeft Yahuah de schrijvers er wel toe geïnspireerd veel praktische raad over dit onderwerp op te tekenen. De Schrift benadrukt de ontwikkeling van wenselijke eigenschappen, iets wat volgens veel mensen vaak over het hoofd wordt gezien (Efeze 4:22-24). In dit opzicht vormt Schriftuurlijke raad een sleutelfactor bij een evenwichtige opvoeding.


In Spreuken lezen we veel raad aangaande de opvoeding en het belang van het disciplineren van kinderen. De aanspreekvormen zijn “Mijn zoon” en “kinderen”. Het bevat vele instructies om ouders te helpen bij het opvoeden van hun kinderen. Er is meer gezonde informatie over kinderopvoeding te vinden in het Bijbelboek Spreuken dan in alle boeken over kinderpsychologie en opvoeding die ooit geschreven zijn.


Opvoeden doe je met een reden, welke duidelijk beschreven staat in de Schrift:


Psalm 78:6-8 “opdat die van een later geslacht ervan zullen weten, zonen worden geboren, zullen opstaan, vertellen aan hun zonen; en hun betrouwen stellen op Elohim, zijn goddelijk handelen niet vergeten, en zijn geboden zullen houden; niet zullen worden als hun vaders: een geslacht weerspannig en lastig, een geslacht onvast van hart, met een geest ontrouw aan Elohim.”


1. Het voorbeeld van ouders — De beste onderwijsmethode.


Voorbeeldfunctie.


Romeinen 2:21-22 “die dus een ander onderricht, jij onderricht jezelf niet?- die ‘niet stelen’ predikt, jij steelt?- 22 die zegt ‘geen ontucht’, jij pleegt ontucht?- die gruwt van de afgodsbeelden, jij berooft het heilige?”


Of je nu wilt of niet, als ouder ben je een voorbeeld voor je kinderen. Opvoeding is niet in eerste instantie dat wat je zegt, maar hoe je leeft en wie je bent. Zonder nog maar een woord te zeggen kun je als ouder een voorbeeld zijn in het dienen van of het dienen van andere machten:


2 Koningen 17:41 “Zo gaan deze volkeren de Ene vrezen en zijn ze hun snijbeelden blijven dienen; ook hun kinderen, en de kinderen van hun kinderen: zoals hun vaders hebben gedaan doen zij, tot op deze dag.”


in geloof:


Hebreeën 11:23 “In geloof is Mozes toen hij was geboren door zijn ouders drie maanden verborgen, omdat zij de schoonheid van het kind hadden gezien, en het bevel van de koning niet vreesden.


in schuldbesef:


Nehemia. 9:1-2 “Op de vierentwintigste dag van deze maand verzamelden de Israëlieten zich met vasten en in rouwgewaden, met aarde op hun hoofd. 2 En het nageslacht van Israël zonderde zich af van alle vreemdelingen. Ze gingen staan en beleden hun zonden en de ongerechtigheden van hun vaderen.”


en in blijdschap:


Zacharia. 10:7 “Zij zullen zijn als een held van Efraïm, hun hart zal zich verblijden als door de wijn; en hun kinderen zullen het zien en zich verblijden, hun hart zal zich verheugen in Yahuah.”


De Schrift leert in Galaten 6:7: “Wat een mens zaait, dat zal hij ook oogsten.” Ouders die willen dat hun kinderen hoge morele maatstaven hebben, moeten eerst laten zien dat ze zelf volgens zulke maatstaven leven.


Yahuah Zijn daden vertellen.


In Deuteronomium 11:2 worden de Israëlieten opgeroepen om er rekening mee te houden dat hun kinderen niet zelf de bevrijding uit Egypte hebben meegemaakt. Ouders krijgen de opdracht om hen te vertellen over de grote daden van .


Deuteronomium 11:2 “U moet heden weten dat ik niet spreek tot uw kinderen, die het niet weten, en het onderwijs van Yahuah, uw Elohim, niet gezien hebben – Zijn grootheid, Zijn sterke hand en Zijn uitgestrekte arm”


Ouders krijgen de opdracht om hen te vertellen over de grote daden van . Dit doorvertellen neemt in de Tenach een belangrijke plaats in en is daarom ook nu nog een centraal onderdeel van de opvoeding:


Psalmen 78:3-4 “die wij gehoord hebben en weten en onze vaders ons verteld hebben. Wij zullen ze niet verbergen voor hun kinderen, maar aan de volgende generatie de loffelijke daden van Yahuah vertellen, Zijn kracht en Zijn wonderen, die Hij gedaan heeft.”


Exodus 10:2 “en zodat u ten aanhoren van uw kinderen en uw kleinkinderen kunt vertellen wat Ik in Egypte heb aangericht, en wat Mijn tekenen waren die Ik onder hen verricht heb. Dan zult u weten dat Ik Yahuah ben.”


Psalmen 22:31-32 “Het nageslacht zal Hem dienen, en aan de Heere toegeschreven worden tot in generaties. Zij zullen komen en Zijn gerechtigheid verkondigen aan het volk dat geboren zal worden, want Hij heeft het gedaan.”


Deuteronomium 4:9-10 “Alleen, wees op uw hoede en neem uzelf zeer in acht, dat u de dingen niet vergeet die uw ogen gezien hebben, en dat zij niet uit uw hart wijken alle dagen van uw leven. U moet ze uw kinderen en uw kleinkinderen bekendmaken: Op de dag dat u voor het aangezicht van Yahuah, uw Elohim, stond, bij de Horeb, zei Yahuah tegen mij: Roep het volk voor Mij bijeen, dan zal Ik hun Mijn woorden laten horen, die zij moeten leren, om Mij te vrezen, alle dagen dat zij op de aardbodem zullen leven, en die zij ook hun kinderen moeten leren.”


Daarbij gaat het over ZIjn hand in de geschiedenis (de schepping, uittocht, de kruisiging en opstanding van Yahusha, en nog veel meer), maar ook over Zijn trouw in ons eigen leven. Zie het danklied van Hizkia:


Jesaja 38:19 “De levende, de levende, die zal U loven, zoals ik vandaag. De vader zal zijn kinderen met Uw waarheid bekendmaken.”


Yahuah Zijn richtlijnen (Thora) aanleren.


Opvoeden is kinderen leren leven volgens de richtlijnen van de grote, genadige Schepper.


Deuteronomium 31:13 “Zodat hun kinderen die het niet weten, het ook horen, en leren Yahuah, uw Elohim, te vrezen, al de dagen dat u leeft in het land waarvoor u de Jordaan oversteekt om het in bezit te nemen.”


De oude Israëlieten moesten de volgende generatie leren de van het verbond te vrezen. Mozes leert het volk in Deuteronomium 6:


Deuteronomium 6:2 “opdat u Yahuah, uw Elohim, vreest door al Zijn verordeningen en Zijn geboden, die ik u gebied, in acht te nemen: u, uw kind en uw kleinkind, alle dagen van uw leven; en opdat uw dagen verlengd worden.”


Wanneer in de toekomst een zoon zijn vader vraagt wat de wetten betekenen, moet de vader de achtergrond uitleggen, de Exodus en het verbond:


Deuteronomium 6:24 “Yahuah gebood ons al deze inzettingen te onderhouden en de HERE, onze Elohim, te vrezen, opdat het ons altijd wèl zou gaan en Hij ons in het leven zou behouden, zoals dit heden het geval is.”


We doen er goed aan ons af te vragen welke stappen we moeten nemen om onze kinderen te leren Yahuah te vrezen, niet met de angstaanjagende verschrikking die bang is voor grillige boosaardigheid maar met de diepgaande overtuiging dat Yahuah volmaakt rechtvaardig is en niet spot met de zonde.


Mozes benadrukt de standvastigheid waarmee de volgende generatie moet worden onderwezen. De geboden die Mozes doorgeeft moeten in de ‘harten’ blijven van het volk


Deuteronomium 6:6 “Deze woorden, die ik u heden gebied, moeten in uw hart zijn.”


Uit deze overvloed volgen de woorden daarna:


Deuteronomium 6:7 “U moet ze uw kinderen inprenten en erover spreken, als u in uw huis zit en als u over de weg gaat, als u neerligt en als u opstaat.”


Zelfs wat ze droegen en hoe ze hun huizen aankleden moest dienen als herinneringen aan de Thora van :


Deuteronomium 6:8-9 “U moet ze als een teken op uw hand binden en ze moeten als een voorhoofdsband tussen uw ogen zijn. U moet ze op de deurposten van uw huis en op uw poorten schrijven.”


We doen er goed aan ons af te vragen hoe wij onze kinderen voortdurend de inhoud van de Schrift leren. In het oude Israël leerden kinderen hun beroepsbekwaamheden gewoonlijk van hun ouders, met wie ze talloze uren doorbrachten, wat vele gelegenheden schonk om de zegeningen van het verbond aan hen door te geven. Onze meer gefragmenteerde cultuur maakt dat we gelegenheden moeten creëren.


Bovenal moest de oudere generatie model staan voor de volkomen trouw aan Yahuah:


Deuteronomium 6:13-19 “U moet Yahuah, uw Elohim, vrezen, Hem dienen en bij Zijn Naam zweren. U mag niet achter andere Elohimen, de Elohimen van de volken die rondom u zijn, aan gaan, want Yahuah, uw Elohim, is een na-ijverig Elohim in uw midden; anders ontbrandt de toorn van Yahuah, uw Elohim, tegen u en vaagt Hij u weg van de aardbodem. U mag Yahuah, uw Elohim, niet op de proef stellen, zoals u Hem bij Massa op de proef gesteld hebt. U moet de geboden van Yahuah, uw Elohim, Zijn getuigenissen en Zijn verordeningen, die Hij u geboden heeft, nauwgezet in acht nemen. En u moet doen wat juist en goed is in de ogen van Yahuah, opdat het u goed gaat, en u er komt, en het goede land dat Yahuah uw vaderen onder ede beloofd heeft, in bezit neemt, om al uw vijanden van voor uw ogen te verjagen, zoals Yahuah gesproken heeft.”


Dit voortdurend model staan moest ook een volkomen afwijzing van afgoderij omvatten, gehoorzaamheid aan de eisen van het verbond, het eren van de naam van Yahuah:


Deuteronomium. 6:18 “.....en u moet doen wat juist en goed is in de ogen van Yahuah”


Hoe trouw hebben wij, door ons eigen leven, ernstige Schepper gerichtheid aanbevolen bij onze kinderen?


We moeten een gevoelig bewustzijn kweken voor de gelegenheden vragen te beantwoorden die onze kinderen stellen:


Deuteronomium 6:20-25 “Wanneer uw zoon u morgen vraagt: Wat zijn dat voor getuigenissen, verordeningen en bepalingen die Yahuah, onze Elohim, u geboden heeft? dan moet u tegen uw zoon zeggen: Wij waren slaven van de farao in Egypte, maar Yahuah heeft ons met sterke hand uit Egypte geleid. En Yahuah gaf tekenen en wonderen, groot en onheilbrengend, in Egypte, aan de farao en aan zijn hele huis, voor onze ogen. Maar ons leidde Hij daarvandaan, om ons hierheen te brengen en ons het land te geven, dat Hij onze vaderen onder ede beloofd had. En Yahuah gebood ons al deze verordeningen te houden, om Yahuah, onze Elohim, te vrezen, ons ten goede, alle dagen, om ons in leven te houden, zoals het op deze dag is. Het zal voor ons gerechtigheid zijn als wij al deze geboden nauwlettend in acht nemen, voor het aangezicht van Yahuah, onze Elohim, zoals Hij ons geboden heeft.”


Bluf daarin nooit. Als je het antwoord niet weet, zoek het dan uit, of vind iemand die dit doet. We moeten onszelf afvragen of we maximaal gebruik maken van de vragen die onze kinderen stellen.


Jij moet je kind de wegen van Yahuah leren bewanden, niemand anders!


Sommige ouders zien, als het om geloof gaat, voornamelijk een taak voor hen weggelegd in het brengen van hun kind in de kring van een gemeente. Mariam en Jozef brachten Yahusha zelf diverse keren naar de tempel (Lukas 2 : 27 en 41). Toch laat de Schrift zien, dat het gezin de voornaamste plek is waar kinderen de zegen van een op geloof gebaseerde opvoeding mogen ervaren.


Markus 10:13-16 “En ze brachten kinderen bij Hem, opdat Hij hen zou aanraken, maar de discipelen bestraften degenen die hen bij Hem brachten. Maar toen Yahusha dat zag, nam Hij het hun zeer kwalijk en zei tegen hen: Laat de kinderen bij Mij komen en verhinder hen niet, want voor zodanigen is het Koninkrijk van Elohim. Voorwaar, Ik zeg u: wie het Koninkrijk van Elohim niet ontvangt als een kind, zal het beslist niet binnengaan. En Hij omarmde hen, legde de handen op hen en zegende hen.”


2. De dringende reden voor discipline en opvoeding.


De Schrift laat ons niet in het ongewisse over de reden waarom wij onze kinderen op een krachtdadige manier moeten disciplineren.


Spreuken 22:15 “Is dwaasheid verknocht aan het hart van een jongen,- een vermanende stok zal haar verre van hem drijven.”


De natuur van het kind.


Het kind heeft een zondige natuur, is van nature ongehoorzaam, en loopt op de weg der dwaasheid in plaats van die der wijsheid (Spreuken . 22:15). Gezonde kinderopvang filosofieën en -technieken vertrekken vanuit een goed begrip van de natuur van het kind. Moderne kinderpsychologie vertrekt vanuit het idee dat menselijke wezens fundamenteel goed zijn, en tracht die inherente goedheid te ontwikkelen. De Schrift gaat uit van de stelling dat menselijke wezens van nature gevallen zijn en tracht hen tot wedergeboorte te bekeren door middel van overtuiging en berouw. Dit in het licht van Yahuah Zijn volmaakte Thora en de acceptatie van het Evangelie van Yahusha. Daarna volgt geestelijke groei door middel van gemeenschap, overgave, gehoorzaamheid en afscheiding van het kwaad.


Voor wat gebeurd er wanneer een kind niet gedisciplineerd wordt?


Kinderen die niet correct gedisciplineerd worden, zullen volharden op het pad van de natuurlijke dwaasheid (Spreuken 22:15). Dwaasheid kan enkel bestreden worden door de beoefening van godvruchtige opvoeding en van correctie. Kinderen die niet correct gedisciplineerd zijn, brengen verdriet en schande over de ouders:


Spreuken 17:21 “Wie een domkop verwekt krijgt verdriet,- niet zal zich verheugen de vader van een dwaas.”


Spreuken 17:25 “Een ergernis voor een vader is een domme zoon,- een bitterheid is hij voor haar die hem baarde..”


Spreuken 29:15 “Stokslag en bestraffing geven wijsheid,- een jongen die aan zichzelf wordt overgelaten maakt zijn moeder beschaamd.”


Weinig dingen zijn meer ontmoedigend en pijnlijk voor een ouder dan een eigenzinnig en een rebels kind.


Wat gebeurt er wanneer een kind correct gedisciplineerd wordt?


Kinderen die correct gedisciplineerd worden, lopen op de weg der wijsheid in plaats van die der dwaasheid.


Spreuken 22:6 “Wijd een jongen in over de eis van zijn weg,- ook wanneer hij oud wordt zal hij daarvan niet wijken.”


De belofte van Yahuah in Spreuken 22:6 is dat het goed opgevoede kind niet zal afwijken van die opvoeding, en van wat recht is, als het oud is geworden. Dit betekent niet dat een kind, dat zo opgevoerd wordt nooit zal rebelleren tegen zijn opvoeding. Het betekent dat wanneer het rebelleert, het berouw zal krijgen. Daarna zal terugkeren naar de wijsheid die het geleerd tijdens zijn opvoeding,“ook wanneer hij oud geworden zal zijn”.


Het betekent ook niet dat elk kind dat zo opgevoed is een vurige dienaar van Yahusha zal worden. We weten dat iemands niveau van toewijding aan Yahusha ook een kwestie is van persoonlijke keus. Maar wij zijn er zeker van dat dit vers betekent dat een kind dat correct wordt opgevoed niet voor altijd het geloof in de levende de rug zal toekeren.


Yahuah zei over Abraham: “Want Ik heb hem gekend, opdat hij zijn kinderen en zijn huis na hem zou bevelen, en zij de weg van Yahuah houden, om te doen gerechtigheid en gericht; opdat Yahuah over Abraham brenge, wat Hij over hem gesproken heeft” (Genesis 18:19).


Wij weten dat Abrahams zoon Isaak in de voetstappen van zijn vaders geloof wandelde, en dat hij niet afweek naar afgoden.


Sommigen geloven niet dat Spreuken 22:6 een belofte inhoudt, maar ik begrijpen niet hoe dit vers iets anders zou kunnen zijn dan een belofte. Het is een bemoedigende belofte voor ouders die hun taak van opvoeding serieus nemen. Wat dan echter te zeggen over die ouders die schijnbaar hun kinderen in de Messias weg opvoeden maar die rebelleren en de wereld ingaan en die verder niets meer met de Messias te maken willen hebben?


Wij kennen waarschijnlijk allemaal wel zulke gevallen. Betekent dit dan niet dat Spreuken 22:6 geen echte belofte inhoudt? Mijn antwoord op deze vraag is dat er vele manieren zijn waarop gelovige ouders ernstig kunnen falen, zelfs als het voor buitenstaanders zo lijkt dat zij hun kinderen correct opvoeden. En deze ernstige falingen kunnen de effecten van de hele opvoeding teniet doen. Gebrek aan liefde, vleselijkheid, hypocrisie, correctie sparen, en de wereld liefhebben, zijn de vijf belangrijkste dingen die invloed hebben op het kind, zodat de opvoeding van de kinderen faalt en de vrucht van dat huis bitter is in plaats van zoet.


Nadat een ouder zijn best heeft gedaan om zijn kind op te voeden in de weg volgens de Schrift, ligt zijn vertrouwen niet in zijn gegeven opvoeding, wetend dat die zeker onvolmaakt is, maar hij vertrouwt op Yahuah Zijn genade die alle dingen doet meewerken ten goede voor degenen die Hem liefhebben, die geroepen zijn naar Zijn voornemen (Romeinen 8:28).


Correct gedisciplineerde kindereren zullen worden gered, omdat ze de weg van Yahuah kennen.


Spreuken 23:13-14 “Onthoud een jongeling het vermaan niet,- al sla je hem met de stok, hij zal er niet aan doodgaan. Jíj slaat hem met de stok, en zíjn ziel wordt gered van het schimmenrijk.”


Deze passage bevat een andere wonderlijke belofte, en wees er zeker van: het Woord van zegt wat het zegt.

Dit betekent uiteraard niet dat een kind gered kan worden los van Yahusha de Messias. De Schrift stelt duidelijk dat degene die gelooft in Yahusha, eeuwig leven bezit, en dat hij die niet gelooft in Yahusha, het leven niet zal zien (Johannes 3:36).


Yahusha de messias zei tot de religieuze Nicodemus dat tenzij een man wedergeboren wordt, hij het koninkrijk van niet zal zien (Johannes 3:3).


Wat Spreuken 23:13-14 wil zeggen, in het licht van de nieuwtestamentische waarheid, is dat de gelovige ouder, die zijn kinderen correct disciplineert en hen het Evangelie leert, de vreugde zal genieten hen gered te zien. Dit komt overeen met de belofte in Handelingen 16:31 waar Paulus en Barnabas tot de cipier in Filippi zeiden: “Geloof in de de Messias Yahusha, en gij zult zalig worden, gij EN UW HUIS.”


Door geloof in Yahusha verkeert een gezinslid nu in de positie om zijn gezin aan het Evangelie te onderwerpen. Gepaste discipline bereiden het kind voor op zijn redding, doordat ze berouw van zonde leren, en respect voor gezag.


Gedisciplineerde kinderen geven hun ouders rust en vreugde.


Spreuken 29:17 “Vermaan je zoon en hij zal je rust schenken,- hij zal lekkernijen geven aan je ziel.”


Dit zou voor ouders een prachtig motief moeten zijn om alles te doen wat nodig is om hun kinderen op te leiden in Zijn weg. Niets geeft een gelovige ouder zoveel vreugde dan te weten dat zijn kinderen met Yahusha de Messias wandelen en dat is elke opoffering meer dan waard.


3. De juiste manier van kinder discipline


Discipline moet vroeg beginnen.


Spreuken 13:24 “Wie zijn stok ontziet, haat zijn zoon,- wie hem liefheeft is er vroeg bij om hem te vermanen.”


Spreuken 19:19 “Vermaan je zoon zolang er hoop is,- hem ter dood te brengen, breng je ziel nooit zover.”


Spreuken 13:24 zegt het in de statenvertaling als volgt: “…die hem liefheeft, zoekt hem vroeg met tuchtiging”. Vergelijk hetzelfde woord “vroeg” in Genesis 26:31 en 2 Kronieken 36:15. Discipline moet beginnen van zodra het kind kan vatten wat de ouder communiceert, en dat is gewoonlijk in de eerste maanden. Wanneer discipline niet vroeg begint kan het te laat zijn en het kind zal niet juist reageren. Het kind moet gedisciplineerd worden “als er nog hoop is” (Spreuken 19:18). De beste tijd om een tiener op te voeden is wanneer hij nog een peuter is.


Liefdevol streng onderricht is noodzakelijk.


Efeze 6:4 “En vaders, wek geen toorn bij uw kinderen op, maar voed hen op in de onderwijzing en de terechtwijzing van Yahuah.”


Om goede resultaten te bereiken, is het belangrijk te letten op de manier waarop liefdevol (streng) onderricht geven wordt. Wanneer kan er gezegd worden dat ouders ’hun kinderen irriteren’? Als het strenge onderricht niet overeenkomt met de ernst van de fout of als het op een erg kritische manier wordt gegeven, zullen kinderen tegenstribbelen. Streng onderricht moet altijd met liefde worden gegeven:


Spreuken 13:24 “Wie zijn stok spaart, haat zijn zoon, maar wie hem liefheeft, streeft naar vermaning voor hem.”


Het is goed om op de juiste tijd streng onderricht te geven. Prediker 8 benadrukt:


Prediker 8:11 “Omdat het vonnis over een slecht werk niet spoedig is voltrokken, daarom is het hart der mensenzonen in hen er volkomen op gericht kwaad te doen.” Zo zullen veel kinderen uitproberen hoever ze kunnen gaan zonder gestraft te worden. Dus als u ervoor hebt gewaarschuwd dat een bepaald gedrag bestraft zal worden, doe dat dan ook.”


Discipline in balans met zijn opvoeding.


Spreuken 22:6 “Wijd een jongen in over de eis van zijn weg,- ook wanneer hij oud wordt zal hij daarvan niet wijken.”


Correctie is slechts een klein onderdeel in de opvoeding van een kind. De ouders moeten een breedschalig programma voeren om hun kinderen te leren op welke weg zij moeten stappen, en temidden hiervan, als een kind weigert te gehoorzamen, moet deze gecorrigeerd worden. Het is echter niet enkel de correctie die hem op het juiste pad zal houden wanneer hij oud wordt. Zijn opvoeding, met alles wat dat inhoudt, zoals b.v. een nauwe relatie opbouwen met het kind, hem de Schrift aanleren, een moreel karakter opbouwen, het bereiken van zijn hart met de waarheid, hem opvoeden met betrekking tot de gevaren die hem in de wereld te wachten staan, enz.


De opvoeding moet het kind op het juiste pad voeren. Het moet opgeleid worden “naar de eis van zijn weg”. Deze uitdrukking verwijst niet naar de eigen natuurlijke weg van het kind maar naar de vereiste weg (Thora), die door Yahuah aan het kind opgelegd wordt. In “leer de jongen de eerste beginselen …” (Spreuken 22:6) staat voor “leer” het Hebreeuwse woord chanak en dat betekent “vernauwen”. Het verwijst naar het reduceren van de weg die het kind moet gaan tot Zijn smalle weg, en hem te omhullen met Yahuah Zijn Thora, opdat hij wegblijft van de brede weg die naar het verderf leidt:


Mattheüs 7:13-14 “Komt binnen door de enge poort: omdat wijd de poort is, en breed de weg die leidt naar de ondergang, en velen zijn het die daarlangs binnenkomen; omdat eng de poort is en versmald de weg die leidt naar het leven, en weinigen zijn het die haar vinden.”


Gebruik van de roede.


De roede wordt in Spreuken vier keer gebruikt in associatie met kinder discipline. Dit is in spreuken het instrument van discipline. Een roede is niet de hand; het is geen riem; geen zweep; geen vuist; geen trap; het is niet schreeuwen; niet dreigen. Webster’s 1828 dictionary definieert een roede (Eng. rod) als “de loot van een lange twijg van enige houtachtige plant; een tak, of de stengel van een heester…”


In mijn optiek dient de roede in perspectief van tijd geplaatst te worden. De roede is het beeld van correctie. Dat is ook precies wat de Schrift ons wil leren. Hoewel de nadruk nu op de roede lijkt te liggen, gaat het in essentie op een stevige duidelijk correctie die het kind raakt, welke krachtig wordt ervaringen en consequent wordt gehanteerd. Een Schriftuurlijke roede is “de roede der tucht” (KJV: “the rod of correction”). Correctie mag niet zomaar gebruikt worden omdat de ouder gefrustreerd is over het kind. De kern is dat een kind te corrigeren dat weigert te luisteren naar instructies en bevelen. Correctie wordt gebruikt om ongehoorzaamheid en rebellie duidelijk en consequent aan te pakken.


De roede en daarmee correctie mag niet gespaard worden (“Die zijn roede inhoudt, haat zijn zoon; maar die hem liefheeft, zoekt hem vroeg met tuchtiging”, Spr. 13:24). Veel ouders sparen correctie door die te vervangen door psychologische trucs van manipulatie.


In plaats van voortdurend herhaalde bevelen of bedreigingen te uiten, moet een duidelijke correctie (consequentie op overtreding) toegepast worden. Veel ouders trappen in een strik door hun kind voortdurend “neen” te zeggen, en waarschuwingen en bedreigingen te formuleren, in plaats van kalm, beslist en consequent correctie (straf/roede in balans met de overtreding) toe te passen om het kind te leren gehoorzamen bij het eerste bevel. Als een kind telkens opnieuw wordt bevolen, en correctie wordt uitgesteld, dan heeft het kind in feite geleerd van niet te gehoorzamen. Het kind leidt zijn ouders meer dan zijn ouders hem. Het kind leert dan dat zijn ouders het niet echt menen wanneer zij hem een bevel geven of hem waarschuwen, want zij laten hem wegkomen ondanks allerlei daden van ongehoorzaamheid.


Discipline toepassen voor een goede reden in de juiste geest.


Spreuken 3:11-12 “Versmaad een vermaning van de Ene niet, mijn zoon,- wees niet verdrietig over een kastijding door hem; want wie de Ene liefheeft kastijdt hij,- zoals een vader een zoon die hem behaagt.”


Wanneer de ouder niet het juiste motief en de juiste geest bezit als deze correctie toepast, dan zal die niet werken. Het kan exact het tegenovergestelde bewerken ten aanzien van een godvruchtige onderwerping. Het juiste motief is het verlangen het kind zo op te voeden dat het op het rechte pad zal lopen, en de juiste geest is liefde.


Als het motief of de geest woede is of wraak of haat of afgunst of frustratie of het verlangen letsel toe te brengen of enig andere van zulke vreselijke dingen, dan kan correctie meer kwaad doen dan goed.


Bij discipline de eeuwigheid in gedachten houden.


Spreuken 23:14 “… en zijn ziel van de hel redden”


Ouders mogen niet kortzichtig zijn. Door de toekomst in gedachten te houden kan de ouder door de tranen van het kind heen kijken, en verder dan zijn eigen ongeduld, tot de dag dat het kind opgegroeid is, en verder door naar de dag dat het kind zijn huidige leven verlaat en gered zal zijn in plaats van verloren.


Spreuken 1:7-9: “De vrees voor Yahuah is het beginsel der wetenschap; de dwazen verachten wijsheid en tucht. Mijn zoon! hoor de tucht van uw vader, en verlaat de leer van uw moeder niet; want zij zullen uw hoofd een aangenaam toevoegsel zijn, en ketenen aan uw hals.”


Hebreeën 12:4-11: “U hebt nog niet tot bloedens toe weerstand geboden in uw strijd tegen de zonde. En u hebt vergeten de vermaning waarmee u als kinderen wordt aangesproken: Mijn kind, acht de tuchtiging van Yahuah niet gering en bezwijk niet, als u door Hem bestraft wordt. Want Yahuah tuchtigt die Hij liefheeft en Hij geselt ieder kind dat Hij aanneemt. Als u tuchtiging verdraagt, behandelt God u als kinderen. Want welk kind is er dat niet door zijn vader getuchtigd wordt? Maar als u zonder tuchtiging bent, die allen ten deel is gevallen, bent u bastaarden en geen kinderen. En verder, wij hadden onze aardse vaders die ons tuchtigden en wij hadden ontzag voor hen. Zullen wij ons dan niet veel meer onderwerpen aan de Vader van de geesten en leven? Want zij hebben ons wel voor een korte tijd naar het hun goed dacht getuchtigd, maar Hij doet dat tot ons nut, opdat wij deel krijgen aan Zijn heiligheid. En elke tuchtiging schijnt op het moment zelf wel geen reden tot blijdschap te zijn, maar van droefheid. Maar achteraf levert zij hun die erdoor geoefend zijn een vreedzame vrucht van gerechtigheid op”.


7 wijsheden uit Spreuken om aandacht in de opvoeding aan te besteden.


  1. Leer ze om van hemel en aarde te eren: Spreuken 1:7 “Het begin van alle kennis is ontzag voor Yahuah; een dwaas veracht de wijsheid en weigert elk onderricht.”

  2. Leer ze om op hun woorden te letten: Spreuken 4:24 “Neem nooit leugens in de mond, laat geen bedrog over je lippen komen.”

  3. Leer ze om verantwoordelijk te zijn: Spreuken 6:6-8 “Ga naar de mieren, luiaard, kijk hoe ze werken en word wijs. Hoewel er onder hen geen leider is, geen aanvoerder, geen koning, halen ze in de zomer voedsel binnen, leggen ze in de oogsttijd een voorraad aan.”

  4. Leer ze om hun gedachten te beschermen: Spreuken 23:7 ”Want zoals hij bedacht heeft bij zichzelf, zo zal hij tegen u zeggen: Eet en drink, maar zijn hart is niet bij u.”

  5. Leer ze om vrijgevig te zijn: Spreuken 11:25 “Een gulle gever zal gedijen, wie te drinken geeft, zal te drinken krijgen.”

  6. Leer ze om goed met geld om te gaan: Spreuken 3:9-10 “Eer Yahuah met al je rijkdom, met het beste van de oogst. Graan zal je voorraadschuren vullen, je kuipen lopen over van wijn.”

  7. Leer ze om zorgvuldig vrienden uit te kiezen Spreuken 13:10 ”Wie met wijzen omgaat, wordt zelf wijs, wie met dwazen verkeert, is er ellendig aan toe.”


Amen en Shalom!