Aantekeningen bij de Nieuwe Maan en de Schriftuurlijke Feesten

Nieuwe Maan, een vreugde dag

Zoals er ook geboden van Yahuah in de Schrift staan, die niet direct vermeld worden in de Tien Geboden, maar toch belangrijk zijn, zo staan er ook feestdagen in de Schrift vermeld, die Yahuah belangrijk vindt, ook al staan ze niet gerubriceerd in Leviticus 23. In Numeri 10:10 gebiedt Yahuah Israël op twee zilveren trompetten te blazen op zowel de jaarlijkse feesten als op de nieuwe maan, beide feestdagen worden hier vreugde dagen genoemd.


Numeri 10:10 “En op de dag van uw blijdschap, op uw feestdagen en aan het begin van uw maanden moet u ook op de trompetten blazen, bij uw brandoffers en bij uw dankoffers. Ze dienen u tot gedachtenis voor het aangezicht van uw Elohim. Ik ben Yahuah uw Elohim.”


Nieuwe Maan en de Zondvloed

Yahuah toont het belang van de Nieuwe Maan door al in de tijd van de zondvloed, twee belangrijke gebeurtenissen op de eerste van de maand, op een Nieuwe Maan, plaats te laten vinden. Deze historische gebeurtenissen worden lang voor het Sinaïtisch verbond genoemd. Alles wat de Bijbel vanaf Genesis 1 tot aan Exodus 20 verhaalt, is voor gelovigen van dubbel belang, omdat deze zaken per definitie niet onder het Sinaïtisch verbond kunnen vallen, omdat het Sinaïtisch verbond tussen Yahuah en het volk Israël pas bij de berg Sinaï, zo'n 2500 jaar na Adam van kracht werd.


Genesis 8:22 “En gaandeweg werd het water minder, tot aan de tiende maand. In de tiende maand, op de eerste dag van de maand, werden de toppen van de bergen zichtbaar.”


Genesis 8:13 “En het was in het zeshonderdeerste jaar, in de eerste maand, op de eerste dag van die maand, dat het water van boven de aarde opgedroogd was. Toen nam Noach het luik van de ark weg en keek naar buiten, en zie, de aardbodem was opgedroogd.


Psalm 81

In Psalm 81 wordt het blazen van de bazuin op de Nieuwe Maan, een 'inzetting [choq] voor Israël', een 'verordening [mishpat] van Jakobs Elohim' en een 'getuigenis [eduwth] in Jozef', genoemd. Deze drie uitspraken zijn overduidelijk parallellismen - een versterkende herhaling van één en hetzelfde. Israël is een andere naam voor Jakob; het huis Jakobs staat tevens ook bekend als zowel het huis van Israël als het huis van Jozef. Inzettingen, verordeningen en getuigenissen worden vaak als synoniemen gebruikt, zie wat dat betreft Psalm 119.


Psalm 119

In Psalm 119 worden inzettingen [choq] , verordeningen [mishpat] en getuigenissen [eduwth] minstens in 53 van de 176 verzen genoemd. Men kan niet in oprechtheid Psalm 119 over Yahuah Zijn inzettingen, verordeningen en getuigenissen, zingen en tegelijkertijd de inzetting, verordening en getuigenis betreffende de Nieuwe Maan (Numeri 10:10; Psalm 81:3-5; Jesaja 66:23; kolossenzen 2:16) negeren. In Psalm 119 wordt er van Yahuah Zijn inzettingen, verordeningen en getuigenissen, onder andere gezegd, dat ze 'goed', 'van ouds', 'rechtvaardig', 'voor altoos', 'wonderbaar', 'waarachtig', 'gerechtigheid' en 'eeuwig', zijn.


Het woord van Yahuah kwam tot ...

Het is het overwegen waart om bij een Nieuwe Maan Zijn woord te bestuderen, om zo op die wijze 'het woord van Yahuah' tot zich te laten komen. De Nieuwe Maan was voor Yahuah een favoriete dag om 'het woord van Yahuah' tot zijn dienstknechten, de profeten te laten komen, zie Ezechiël 26:1 en Haggai 1:1. Het is natuurlijk overduidelijk dat de Nieuwe Maan zondagvierders niets zegt. De Nieuwe Maan zit gekoppeld aan Yahuah Zijn Shabbatten. Yahuah zijn Gemeente is geestelijk (gelovig overblijfsel) Israël, er is dus ook een blazen op een geestelijke bazuin voor geestelijk Israël, hetgeen men het beste zou kunnen realiseren door Yahuah Zijn woord uit te laten gaan: 'Roep luidkeels, houd niet in, verhef uw stem als een bazuin en maak mijn volk zijn overtreding bekend en het huis van Jakob zijn zonden' (Jesaja 58:1).


Shabbat & Nieuwe Maan

Het belang van de Nieuwe Maan komt onder andere tot uiting door de frequente vermelding. De Shabbat wordt in meer dan 140 verzen van de Bijbel vermeld, Pesach in meer dan 70 verzen en de Nieuwe Maan, de eerste der maand, in meer dan 40 verzen. De Nieuwe Maan is een nieuw begin, de eerste dag van een nieuwe omloop van de maan om de aarde in 29 en halve dag. Yahuah laat vaak belangrijke zaken op de Nieuwe Maan, de eerste dag der Hebreeuwse maand, plaats vinden. Er zit een bepaalde tegenstelling tussen Nieuwe Maan en Shabbat; de Nieuwe Maan is het begin van de maand en de Shabbat is het einde van de week; de Nieuwe Maan is de eerste dag van de maand en de Shabbat de laatste dag van de week. Nieuwe Maan en Shabbat worden vaker samen in Bijbelteksten genoemd, dan welke andere combinatie van feestdagen ook.


Van Nieuwe Maan tot Nieuwe Maan

Jesaja 66:23 vermeldt dat de mensheid de Messias, de wedergekeerde Yahusha, van Shabbat tot Shabbat zal aanbidden. In Zacharia 14 staat vermeld dat de overlevenden der volkeren van jaar tot jaar naar Jeruzalem zullen optrekken, om het Loofhuttenfeest te vieren. Ik wil hiermee aantonen dat het reëel is om met dit vers aan te geven dat dus ook de jaarlijkse feesten (Lev 23) nu nog van kracht zijn en gevierd dienen te worden. Het feest dat als eerste een vermelding van mondiale viering krijgt is het Nieuwemaansfeest:


Jesaja 66:23 “En het zal geschieden van nieuwe maan tot nieuwe maan en van Shabbat tot Shabbat, dat al wat leeft zal komen om zich voor mijn aangezicht neer te buigen, zegt Yahuah.”


Eerste gemeenten & Nieuwe Maan

De allereerste gemeente vierde naast Yahuah Zijn Shabbat en Zijn Feesten, ook de Nieuwe Maan, Kolossenzen 2:16 getuigt hiervan “Laat dan niemand u blijven oordelen inzake eten en drinken of op het stuk van een feestdag, nieuwe maan of Shabbat, … het lichaam is van Christus”.


Het is van belang te beseffen dat ten tijde dat dit geschreven werd, de Juliaanse kalender, de Romeinse kalender, allang ingevoerd was. Dit was een zon kalender, gebaseerd op een zonnejaar, waarin de maanstand losgelaten was. De Kolossenzen brief dateert van zo'n 58 na Chr.; de Juliaanse zonkalender was al meer dan 100 jaar in werking, ingegaan op 1 januari 45 voor Chr. Als de Kolossenzen zich niet door buitenstaanders moesten laten oordelen betreffende de Schriftuurlijke Feesten, Shabbatten en Nieuwe Maan, dan waren dat drie zaken die noch voor Grieken, noch voor Romeinen enige bekendheid of betekenis hadden.


Hoe, wat en wanneer?

Op persoonlijke basis kan men de Nieuwe Maan gedenken door het voorbeeld te volgen van Paulus, David en Jonatan, door bij aanvang van de eerste dag der maand dit met gelijkgestemden te vieren met een maaltijd, voorts kan men voor zichzelf een persoonlijke Bijbelstudie doen en in gebed Yahuah danken dat men weer een nieuwe maand mag aanvangen. Er worden geen instructie gegeven in de Bijbel over wat wel, en wat niet te doen.


Nieuwe Maan en Bijbelse Feesten zijn inzettingen van Yahuah zelf!

Zowel Nieuwe Maan als de jaarlijkse Feesten zijn inzettingen van Yahuah zelf!

Yahuah Zijn inzettingen behoren zeker niet licht opgevat te worden. Toen Hij Zijn belofte welke Hij aan Abraham gaf ook aan Isaak bestendige, zei Hij in Genesis 26:


Genesis 26:5 "omdat Abraham naar Mij geluisterd en mijn dienst in acht genomen heeft: mijn geboden, mijn inzettingen en mijn wetten."


Abraham kende Yahuah Zijn geboden, Zijn inzettingen en Zijn wetten. Hij nam ze in acht en onderhield ze. De ultieme samenvatting van Zijn Wet is wat Yahusha citeerde uit de Thora: “Heb Elohim lief boven alles en uw naaste als uzelf” (Deuteronomium 6:5; Leviticus 19:18).


Dit wordt tot uitdrukking gebracht in de Tien Woorden, beter bekend als de Tien Geboden. De eerste vier geboden regelen de liefde tot Yahuah en de laatste zes geboden regelen de liefde tot de medemens. De Shabbat staat ten eerste vermeld in het vierde gebod van de Tien Geboden, en vervolgens onder het hoofdstuk van Yahuah Zijn Feesten in het boek Leviticus 23 (Shabbat, Pesach, Shavuot, Rosh Hashana, Verzoendag, Loofhuttenfeest). De mensen die onderscheid maken tussen de Tien Geboden en de overige inzettingen zullen zich moeten realiseren dat alles wat Yahuah zegt per definitie Zijn Woord is, Zijn bevel, en Hij maakt geen onderscheid. Om maar enkele voorbeelden te noemen: Incestueuze relaties worden behandeld in Leviticus 18 en Yahuah stelt in vers 26 dat het gruwelen van mensen zijn en dat de Israëlieten naar Zijn inzettingen behoren te wandelen, dus … géén incest. Verder geeft de Thora duidelijk weer dat het voor Yahuah een gruwel is als de mens varkensvlees eet, maar hij noemt het ook een gruwel als de mens geesten van overledenen oproept. Hij zegt het op de volgende wijze:


Leviticus 18:26 “Gij echter zult mijn inzettingen en mijn verordeningen in acht nemen en geen van deze gruwelen doen, noch de geboren Israëliet, noch de vreemdeling die in uw midden vertoeft.”


Wie zou durven beweren dat incestueuze relaties onbelangrijk of minder belangrijk zijn, en wie zou Leviticus 18 'vervuld' of 'aan het kruis genageld' willen verklaren, om zodoende die praktijken in het Nieuwe Testament te legaliseren? Niemand toch! Zou Paulus de inzettingen van Yahuah, zoals Zijn Feesten, géén incest, geen varkensvlees eten en géén geesten oproepen, echt als ‘vervult’ of ‘aan het kruis genageld’ willen verklaren? Ik denk van niet! Zullen wij dan niet een navolger van Paulus willen zijn? Paulus zegt in Handelingen 26:


Handelingen 26:22 “hulp van Yahuah verkregen hebbende, sta ik tot op dezen dag, betuigende beiden klein en groot; nietszeggende buiten hetgeen de profeten en Mozes gesproken hebben, …”


Eerste Gebod

Wanneer iemand Yahuah Zijn inzettingen en verordeningen willens en wetens veracht, niet gehoorzaamt en verwerpt, zondigen tegen het eerste gebod:


Exodus 20:3 “Gij zult geen andere goden voor Mijn aangezicht hebben.”


Hij stelt zichzelf immers boven Yahuah Zijn Woord, zijn eigen intellect, zijn eigen mening, zijn eigen opinie wordt boven de Schrift gesteld. Hij schrijft een dikke pil van inzettingen, verordeningen, oordelen en getuigenissen, maar de desbetreffende persoon heeft genoeg aan minder dan een tiende van de Bijbel. Yahuah verandert inzettingen, schaft af en voegt toe. Zo kunnen de inzettingen betreffende de dienst der offeranden, met alle desbetreffende rituele handelingen zonder tempel niet verplichtend zijn. Deze door Mozes ingestelde rituele tempel wetgeving is niet van toepassing in deze tijd. Zij staat echter los van alle andere inzettingen van Yahuah. Doch uit de tabel over de offeranden, is goed te zien de belangrijkheid van de Nieuwe Maan. In Numeri 28 en 29 lezen we hierover.

De Tempeldienst

Ook over het ontbreken van een huidige tempeldienst is veel verwarring, alsof dat nog niet eerder is gebeurd. Hierbij volgt een kort overzicht betreffende de tempeldienst(en). De dienst der offeranden werd door Mozes ingesteld bij de berg Sinaï. De tabernakel werd opgericht in het tweede jaar en de offerandes vingen aan. De tabernakeldienst liep over in de tempeldienst van de tempel van Salomo en continueerde (met korte onderbrekingen) tot de vernietiging van de tempel in 586 v. Chr. door de Babyloniërs.


Zeventig jaar lang was er geen tempeldienst! De 'tweede' tempel kwam gereed in 516 v. Chr. In die jaren zonder tempel waren de inzettingen betreffende die tempeldienst niet van kracht. Echter, het zou toch te dol zijn om daarmee te suggereren dat toen tevens ook de Shabbat, Nieuwe Maan en Feesten niet van kracht waren, om maar te zwijgen over de inzettingen betreffende legale seksuele relaties?


Het Huis van Juda moesten gewoon doorgaan met het onderhouden van de schepper Zijn geboden, wetten, inzettingen en verordeningen, zonder de rituele tempeldienst ook al was het noordelijke Huis van Israël al lang verdwenen. Geen dagelijks offer, maar wel dagelijks gebed; geen Shabbat offeranden, maar wel het stoppen met werken op de Shabbat; geen offeranden op de Nieuwe Maan, maar wel een gedenken en vaststellen ervan, om zodoende de jaarlijkse Feesten te kunnen vieren zonder de erbij behorende offeranden.


Dat het ook zo was, en is, blijkt uit het feit dat bij elk tempel herstel, de dagelijkse, wekelijkse, maandelijkse en jaarlijkse offers weer ingevoerd werden en worden. Er valt geen musje van het dak zonder dat de schepper het weet, of tegen Zijn wil. Zoals de schepper Satan toestond Job te slaan, zo ook stond en staat Hij de tempel loze tijdperken toe.


Ezechiels Tempel

De tempel van het vrederijk van de schepper wijkt af van de voorgaande tempels, en zo ook de offerandes in die tempel (Ezechiël 45 en 46). Het dagelijkse offer uit de Thora (eerste vijf boeken van Mozes) was twee schapen per dag, één als morgenoffer en één als avondoffer dit is rechtsgeldig geweest en gebleven tijdens de tabernakeldienst en in de dienst der beide tempels.


Dit dagelijkse offer zag vooruit op het offer van Yahusha.

In het Millennium zal het dagelijkse offer bestaan uit één schaap, alleen het morgenoffer (Ezechiël 46:13). Dat er geen avondoffer gebracht wordt is zeer waarschijnlijk omdat Yahusha als het perfecte Pesach Lam al als avondoffer voor onze zonden geslacht is. Nu is er dan ook geen heenwijzing meer, … maar het dagelijkse offer van één schaap zal een terugwijzen zijn, een historisch herdenken. De inzettingen van de tempeldienst van het Millennium (Ezechiël) wijken duidelijk af van de inzettingen van de Thora. Echter, ook dan ziet men weer dat Shabbat, Feestdag en Nieuwe Maan gewoon deel blijven van het bestel (Ezechiël 40-48). Zoals Shabbat, Nieuwe Maan en Feestdag niet afgeschaft waren in het eerste tempel loze tijdperk, zo ook zijn Shabbat, Nieuwe Maan en Feestdag niet afgeschaft in dit tweede tempel loze tijdperk. De laatste uitdrukking is echter betrekkelijk want onze lichamen zijn een Tempel en wij zijn het lichaam van Yahusha. Daarnaast worden wij geroepen nu onderwijs te geven in het hoe en waarom van de Shabbat, Nieuwe Maan en deFeestdagen (Kolossenzen 2:16-17).


Eindtijd

Voor deze eindtijd krijgen Yahuah Zijn inzettingen en verordeningen wel een bijzondere betekenis in het licht van Maleachi:


Maleachi 4:4 “Gedenkt de wet van Mozes, mijn knecht, die Ik hem op Horeb geboden heb voor gans Israel, inzettingen en verordeningen.”


Dit vers is een sleutelvers voor personen en groeperingen die zich bezighouden met de derde Elia, de Elia van de eindtijd. Johannes de Doper was de tweede Elia (een type van de derde Elia). Dat 4e vers wordt echter direct gevolgd wordt door het volgende vers en zegt: “zie, Ik zend u de profeet Elia, voordat de grote en geduchte dag van Yahuah komt” (Maleachi 4:5)


Er zijn nogal wat personen en instellingen die enerzijds geloven dat de derde Elia reeds geweest is, of dat zij de derde Elia in hun midden hebben, maar die anderzijds de schepper Zijn inzettingen en verordeningen betreffende Nieuwe Maan en Zijn Feesten verwerpen.


Psalm 81

Psalm 81:4-6 “Blaast de bazuin op de Nieuwe Maan, op volle maan voor onze Feestdag. Want dit is voor Israël een inzetting, een verordening van Jakobs God. Hij stelde het als een getuigenis in Jozef, toen Hij uittoog tegen het land Egypte”.


De Schepper zegt hier drie keer één en hetzelfde, in een zichzelf versterkende herhaling. Inzetting en verordening en getuigenis zijn min of meer synoniem. Israël is een synoniem voor Jakob, en vooral het noordelijke rijk werd ook wel Jozef genoemd. In feite staat er dus: Want dit is voor Israël een inzetting, een inzetting van Israëls Elohim. Hij stelde het als een inzetting in Israël tijdens de Uittocht! Psalm 81 refereert aan al bestaande inzettingen. De Thora (de eerste vijf boeken van Mozes) moet dus zowel de Feesten als de Nieuwe Maan als inzettingen weergeven


Elk woord van de schepper is voor de mens aan wie het gericht is een gebod. Zijn Woord kan niet ledig tot Hem wederkeren. Hij zei tegen Abram, Ga neem uw zoon, ... en door dat tegen hem te zeggen werd dat hem tot een gebod. Zo ook bestaat de gehele Thora uit woorden Yahuah Zijn, uit inzettingen en verordeningen.


Eigen rol voor de koning Dat het geheel als verzameling van wetten, inzettingen en verordeningen gezien moet worden blijkt uit de instructie aan Israëls toekomstige koning:


Deuteronomium 17:18-19 “Wanneer hij (een eventuele toekomstige koning) nu op de Koninklijke troon gezeten is, dan zal hij voor zich een afschrift laten maken van deze wet, welke bij de Levitische priesters berust. Dat zal hij bij zich hebben en daarin zal hij lezen gedurende heel zijn leven om te leren Yahuah, zijn God, te vrezen door al de woorden van deze wet en al deze inzettingen naarstig te onderhouden.”


Alleen al het feit dat Nieuwe Maan en de schepper Zijn Feesten in de Thora behandeld worden, maakt ze tot inzettingen. Bovendien worden ze ook keer op keer als inzettingen benoemd.


De Schepper ZIjn Feesten: voor de mens

Om het algemene karakter van Shabbatten en Feesten te willen benadrukken moet men naar Yahusha Zijn opmerking over de Shabbat en naar Genesis 1 en 2: En Hij zeide tot hen: De Shabbat is gemaakt om de mens, en niet de mens om de Shabbat (Markus 2:27). In het Hebreeuws NT staat, ‘voor de mens’, le-Ma’an haAdam. Voor, om, ter wille van … de mens … haAdam. ‘Man’ in het Engels betekent zowel ‘mens’ als ‘mensheid’, zo óók met ‘haAdam’, hetgeen betekent ‘mens’ en ‘mensheid’. In Genesis 1-3 wordt Adam niet bij naam genoemd, er staat steeds haAdam, de mens.


Yahusha zei: De Shabbat is gemaakt voor de mens, dus voor Adam, de eerste mens, en met hem voor de gehele mensheid. Het woord ‘Shabbat’ staat in Genesis 2. De Schepper rustte op de 7 e dag, maar het Hebreeuwse woordje SaBaT staat daar, ‘rustte’, dat wordt hetzelfde gespeld als ‘Shabbat’ (Exodus 16) in de mannaweek (Exodus 16) en bij het Shabbatsgebod (tbs, Exodus 20).


Feesten in Genesis 1

Oók de Feesten staan al in Genesis 1. Het woordje voor Feesten in Leviticus 23 is mo’adim, wat tijden, hoogtijden of feesten, betekent. Dit wordt voor het eerst vermeld in Genesis:


Genesis 1:14-16 “En Elohim zeide: Dat er lichten zijn aan het uitspansel des hemels om scheiding te maken tussen de dag en de nacht, en dat zij dienen tot aanwijzing zowel van vaste tijden [=mo’adim] als van dagen en jaren; 15 en dat zij tot lichten zijn aan het uitspansel des hemels om licht te geven op de aarde; en het was alzo. En Elohim maakte de beide grote lichten, het grootste licht [=de zon] tot heerschappij over de dag, en het kleinere licht [=de maan] tot heerschappij over de nacht, benevens de sterren.”


De zon en de maan werden op de 4e dag geschapen tot aanwijzing van 1. de dag, 2. de week (Shabbat), 3. de nieuwe maan en 4. de tijden, de feesten van Yahuah ofwel Mo’adej Yahuah. De Shabbatten en de feesten zijn dus universeel. De Schepper kon of wilde ze niet allemaal al in Genesis 1 opsommen, dat komt in de rest van Zijn Woord.


De Shabbat

De Shabbat is toch wel het belangrijkste Feest van Yahuah. In de allereerste plaats is dit het enige Feest dat wij 52 keer per jaar vieren! Een wekelijks Feest!


Het belang van de Shabbat blijkt uit het volgende:


• Alleen het woord Shabbat (tbs) komt voor, in de eerste 34 verzen van de Bijbel, de namen van die andere Feesten nog niet. Na de zes scheppingsdagen ‘rust’ Yahuah op de Shabbat, op de 7e dag.

• Van de Tien Geboden is alleen het 4e gebod, de Shabbat, óók een Feest van Yahuah!

• Als 1 e Feest van Yahuah, staat alleen de Shabbat direct in de Tien Geboden; de jaarlijkse Shabbatten indirect, via de wekelijkse Shabbat.

• Veertien dagen vóór de verbondssluiting (Ex 20), openbaart Yahuah de Shabbat al via het manna (Exodus 16).

• Het dagelijkse manna met de 6e dag dubbel en op de 7e dag géén manna duurde 40 jaar! Probeer dan maar eens een gebedsdag op vrijdag of heiliging van de zondag te houden!

• Het Shabbatsgebod werd met de 9 andere geboden met veel wonderen en natuurgeweld afgekondigd vanaf de Berg Sinaï (Exodus 19-20). Yahuah donderde het toe aan Mozes, het volk èn aan de vreemdelingen die mee gekomen waren! De andere geboden kwamen via Mozes, maar de Shabbat en de Tien Geboden kwamen direct!

• Op Shabbatschennis (4e gebod) stond de doodstraf! (Num 15:30-36), op stelen (8e gebod), niet. • De Shabbat werd het Teken van het Verbond tussen Yahuah en Israël (Exodus 31:12-17).

• Yahusha heiligde de Shabbat en deed goed op de Shabbat. Hij zei dat Hij Heer over de Shabbat was.

• Paulus ging geregeld naar de Heilige Samenkomst op Shabbat. • Er blijft dus een Shabbatsrust voor het volk van Elohim (Hebreeën 4:9)


Shabbat & de Uittocht

De Tien Geboden zijn zo belangrijk voor Yahuah, dat Hij ze twee keer integraal in Zijn Woord heeft gezet. De meeste geboden worden zonder OMDAT en DAAROM gegeven, maar zo niet het 4e gebod, de Shabbat. In Exodus 20 geeft Yahuah de universele reden:


Exodus 20:8-11 “Gedenk de Shabbatdag, dat gij die heiligt … WANT in zes dagen heeft Yahuah de hemel en de aarde gemaakt, de zee en al wat daarin is [in hemel, aarde en zee], en Hij rustte op de zevende dag; DAAROM zegende Yahuah de Shabbatdag en heiligde die.”


Wanneer Mozes de Tien Geboden na 40 jaar herhaalt in de velden van Moab, inspireert de Heilige Geest hem een andere, extra, reden te geven, voor het HOUDEN daarvan, voor Israël:


Deut 5:12-15 “ONDERHOUD de Shabbatdag, dat gij die heiligt, zoals Yahuah, uw Elohim, u geboden heeft … maar de 7 e dag is de Shabbat van Yahuah, uw Elohim … WANT gij zult gedenken, dat gij dienstknechten in het land Egypte geweest zijt, en dat Yahuah, uw Elohim, u vandaar heeft uitgeleid met een sterke hand en met een uitgestrekte arm; DAAROM heeft u Yahuah, uw Elohim, geboden de Shabbatdag te houden.”


Om de weekcyclus vast te houden, was er niet alleen het manna, maar ook een wekelijks offer op de Shabbatdag, een schaap ’s morgens en een schaap ’s middags en brood! Elke Shabbat moesten zij dus niet alleen de Schepping herdenken, maar óók hun slavernij in Egypte èn hun Uittocht. Bovendien was het voor hen ook nog het Teken van het Verbond geworden (Exodus 31). Zéér heilig was de Shabbat voor hen, en Yahuah nam het hen zéér kwalijk dat Israël en Juda Zijn Shabbatten – Zijn wekelijkse, jaarlijkse Shabbatten en Shabbatsjaren – ontheiligen. Het was een van de redenen voor hun ballingschap (Ezechiël 20:10-29).


Pesach

Het 2e totaal Feest van Yahuah is Pesach, het 1e jaarlijkse Feest, dat elk voorjaar gevierd wordt op de 14e Nisan. Ook daar zitten vele aspecten aan.


Leviticus 23:5 “In de eerste maand, op de veertiende dag van de maand, tegen het vallen van de avond, is het Pascha voor Yahuah.”


Zelfs al zou de Uittocht nooit door een verbondssluiting gevolgd zijn bij de berg Sinaï, dan nog zou het Pesach door Israël gevierd moeten worden. Het Pesach is een inzetting van Yahuah: “Yahuah zeide tot Mozes en Aáron: Dit is de inzetting van het Pesach: geen enkele vreemdeling mag ervan eten” (Exodus12:43).


Met de instelling van het Pesach werd de eerste formele richtlijn gelegd volgens welke Yahuah Zijn verlossingsplan voor de mens 1500 jaar later zijn finale vervulling zou krijgen met de kruisdood van Yahusha. Mozes heeft aan Israël gezegd:


Exodus 12:5-7, 12- 13 “U moet een lam zonder enig gebrek hebben, een mannetje van een jaar oud. U moet het van de schapen of van de geiten nemen. U moet het in bewaring houden tot de veertiende dag van deze maand, en heel de verzamelde gemeenschap van Israël zal het slachten tegen het vallen van de avond. En zij zullen van het bloed nemen en het aan de beide deurposten strijken en aan de bovendorpel, aan de huizen waarin zij het eten zullen … Want Ik zal in deze nacht door het land Egypte trekken en alle eerstgeborenen in het land Egypte treffen, van de mensen tot het vee. En Ik zal aan al de goden van de Egyptenaren strafgerichten voltrekken, Ik, Yahuah. En het bloed zal u tot een teken zijn aan de huizen waarin u verblijft. Als Ik het bloed zie, zal Ik u voorbijgaan en er zal geen plaag onder u zijn die verderf teweegbrengt, als Ik het land Egypte zal treffen”


De zeven feesten beginnen met het slachten van een lam. De vervulling van het Pesach gebeurde bij de kruisiging van het vlekkeloze Lam van de schepper Die in de volheid van de tijd mens geworden is om voor ons Zijn leven af te leggen. Petrus heeft naar dit grote offer van het Lam verwezen toen hij zei:


1 Petrus 1:18-19 “dat u niet met vergankelijke dingen, zilver of goud, vrijgekocht bent van uw zinloze levenswandel … maar met het kostbare bloed van Yahusha Hamashiach, als van een smetteloos en onbevlekt Lam.”


Paulus voegt hierbij:


Efeziërs 1:7 “In Hem hebben wij de verlossing, door Zijn bloed, namelijk de vergeving van de overtredingen, overeenkomstig de rijkdom van Zijn genade.”


Van het ogenblik dat Yahusha de losprijs voor onze zonde betaald heeft is de vervulling van de zeven feesten van groot belang voor alle mensen op aarde. Johannes de Doper heeft vóór Yahusha Zijn’ kruisiging naar Hem gewezen en gezegd: “Zie het Lam van Yahuah, dat de zonde van de wereld wegneemt!” (Johannes 1:29). Hij zou niet enkel voor Israëls zonden sterven, maar ook voor deze van de hele wereld. Na Zijn zoendood zou Hij Zichzelf verder door de overblijvende feesten openbaren.


Velen denken dat Pesach de Uittocht uit Egypte betekent. Al vóór de tijd van Yahusha was de viering van beide Feesten samengetrokken bij de Farizeeën tot één viering (Sadduceeën en Samaritanen niet), maar in feite is Pesach de viering van de bescherming tegen de Tiende Plaag en is Ongezuurde Broden de viering van de Uittocht. Op de 10e Nisan werd ’s morgens het Pesachlam apart gezet. (Om verwarring te voorkomen zullen we de traditionele naam Pesachlam gebruiken, ook al was het een volwassen, niet gecastreerde, éénjarige ram, van ruim 70kg!). Dit dier werd 3½ dag bewaard tot de zonsondergang van 13 op 14 Nisan, zoals de Messias 3½ jaar bewaard zou worden na Zijn DOOP tot aan Zijn DOOD.


Het bloed van dit
Pesachlam werd alleen bij deze ene historische gebeurtenis gestreken aan de deurposten en bovendorpel. Dit was het teken voor de doodsengel, de verderver, om die huizen ‘over te slaan’, en dat is wat Pesach betekent: ‘overslaan’. Alléén achter het bloed aan het hout van de posten waren de eerstgeborenen veilig in Egypteland, of het nu Egyptenaren of Israëlieten waren. De Schepper maakte geen verschil, het ging om de daad (werken) gevoegd bij het geloof. Maar Israël was zeer eensgezind ditmaal, er zijn geen verslagen dat iemand stierf of achterbleef.


De doodsengel trok in de nacht van de 14e Nisan door Egypte en sloeg alle eerstgeborenen. Het volk mocht tot de morgen niet naar buiten (Exodus 12:22), en was wel zo verstandig binnen te blijven. De verderver was daar buiten. Toen de ram eindelijk gaar was aten zij het vlees, met ongezuurde broden en bittere kruiden, staande gekleed en al. Als Mozes de twee miljoen Israëlieten in Gosen had willen oproepen in die nacht te vertrekken, dan had dat al om logistieke redenen niet gekund, in die paar uren. De nacht van de 14e Nisan is de nacht van de 10e plaag, van de dood van de Egyptische eerstgeborenen (mens en dier).


Het Feest van de Ongezuurde Broden

Het 3e totaal Feest van Yahuah, het 2e jaarlijkse Feest, dat zeven dagen lang direct op de Pesachavond (avond van de 14e Nisan) aansluit, en daar een éénheid mee vormt, is het Feest, ofwel de Dagen der Ongezuurde Broden (vanaf de 15e Nisan, Volle Maan, tot en met de 21e Nisan):


Leviticus 23:6 “En op de vijftiende dag van die maand is het Feest van de ongezuurde broden voor Yahuah. Zeven dagen lang moet u dan ongezuurde broden eten”


Duidelijk is dat ook dit feest als altoosdurende inzetting gevierd behoort te worden, los van het Verbond op de Sinaï, is het Feest der Ongezuurde Broden. Pesach herdenkt de bescherming tegen de doodsengel, de bescherming tegen de tiende plaag in Egypte, middels het bloed van het Pesachlam (vooruitziende op Yahusha, ons Pesachlam). Het Feest der Ongezuurde Broden gedenkt de uittocht uit Egypte, en voor ons de uittocht uit de zonde.


Exodus 13:7-10 “Ongezuurde broden zullen gedurende de zeven dagen gegeten worden; er mag zelfs niets gezuurds bij u gezien worden, ja, in uw gehele gebied mag er geen zuurdeeg worden gezien. En op die dag zult gij uw zoon uitleggen: Dit is terwille van wat Yahuah mij heeft gedaan bij mijn uittocht uit Egypte (dus niet terwille van de ‘Wet van Mozes of ter wille van een ‘schaduwdienst van brandoffers’). Het zal u zijn als een teken op uw hand (daden) en als een herinnering (gedenken) tussen uw ogen, opdat de wet des HEREN in uw mond zij; want met een sterke hand heeft Yahuah u uit Egypte geleid. Gij zult deze inzetting onderhouden op haar vaste tijd, van jaar tot jaar.”


De Uittocht vond plaats daags ná het Pesach (14e Nisan), tijdens de dagen der Ongezuurde Broden (15-21 Nisan). Volgens joodse traditie was de doortocht door de Rode Zee zelfs op de laatste dag der Ongezuurde Broden. Men had geen tijd gehad om het brood te laten rijzen en men vertrok met ongezuurde broden en koeken:


Exodus 12:34,39 “Toen nam het volk zijn deeg op, vóórdat het gezuurd was, met hun baktroggen in hun klederen gebonden op hun schouders … En zij bakten van het deeg dat zij uit Egypte hadden meegenomen, ongezuurde koeken, want het was niet gezuurd, omdat zij uit Egypte waren verdreven en niet hadden kunnen wachten en ook geen teerkost voor zich hadden bereid”


Om die reden en om de Uittocht uit Egypte te gedenken geeft de schepper aan Israël het Feest der Ongezuurde Broden, te vieren als altijddurende inzetting:


Exodus 12:17 “Onderhoudt dan het Feest der Ongezuurde Broden, want op deze zelfde dag leid Ik uw legerscharen uit het land Egypte. DAAROM moet gij deze dag onderhouden in uw geslachten als een altoosdurende inzetting.”


Volgens Johannes 19:31 was de Shabbat die direct op de kruisiging volgde een grote dag. De reden hiervoor was dat dit tegelijk de wekelijkse Shabbat én de eerste dag van het Feest van de Ongezuurde Broden was. Egypte is een zinnebeeld van zonde. De zonde van de mensheid rust op Yahusha, die prompt op Pesach sterft. Zoals Israël, de schepper Zijn eerstgeboren zoon (Ex 4:22), bevrijdt werd uit Egypte tijdens de Dagen der Ongezuurde Broden, zo staat Yahusha op uit de dood, tijdens de Dagen der Ongezuurde Broden. En de dood is het gevolg van zonde (Egypte):


Romeinen 6:23 “Want het loon, dat de zonde geeft, is de dood [Pesach], maar de genade, die Yahuah schenkt, is het eeuwige leven [Ongezuurde Broden] in Yahusha Hamashiach, onze Here.”


Met het vieren van Pesach en Ongezuurde Broden, viert de gelovige zijn bevrijding uit Egypte, uit het huis der zonde, en zijn bevrijding door de Heiland:


Romeinen 6:8-23 “Indien wij dan met Yahusha Hamashiach gestorven zijn [Pesach], geloven wij, dat wij ook met Hem zullen leven [Ongezuurde Broden] … Want wat zijn dood betreft, is Hij voor de zonde … gestorven [Pesach]; wat zijn leven betreft [Ongezuurde Broden], leeft Hij voor Yahuah. Zo moet het ook voor u vaststaan, dat gij wel dood zijt voor de zonde [Pesach], maar levend voor Yahuah in Messias Yahusha [Ongezuurde Broden]. Laat dan de zonde [Egypte, zuurdesem] niet langer als koning heersen … en stelt uw leden niet langer als wapenen der ongerechtigheid ten dienste van de zonde [Egypte], maar stelt u ten dienste van Yahuah, als mensen, die dood [Pesach] zijn geweest, maar thans leven [Ongezuurde Broden], en stelt uw leden als wapenen der gerechtigheid ten dienste van Yahuah. Immers, de zonde [Egypte] zal over u geen heerschappij voeren … Weet gij niet, dat gij hem, in wiens dienst gij u stelt als slaven ter gehoorzaamheid [Egypte, zonde, zuurdesem], ook moet gehoorzamen als slaven … Maar Gode zij dank: gij waart slaven der zonde [Egypte], doch gij zijt … vrijgemaakt van de zonde … zo stelt nu uw leden ten dienste van de gerechtigheid tot heiliging [Ongezuurde Broden]. Want toen gij slaven waart der zonde [Egypte] … Maar thans, vrijgemaakt van de zonde … en in de dienst van Yahuah … hebt gij tot vrucht uw heiliging … Want het loon, dat de zonde geeft, is de dood … de genade,die Yahuah schenkt, is het eeuwige leven …”

Wekenfeest / Shavout

Het 4e totaal Feest van Yahuah, het 3e jaarlijkse Feest, dat zeven weken ná de Beweeggarve (de 'dag na de sjabbat' in de Pesachweek) ceremonie komt, is de Dag der Eerstelingen, ook wel Wekenfeest genoemd. Het Wekenfeest van 7 weken, dat culmineert in Shavuot (Pinksterdag), de 50e dag, is ook een inzetting van de Schepper:


Lev. 23:21 “Op deze zelfde dag (50 e dag) zult gij een oproep doen uitgaan, gij zult een heilige samenkomst hebben, generlei slaafse arbeid zult gij verrichten; het is een altoosdurende inzetting, in al uw woonplaatsen, voor uw geslachten” .


Een garf of garve is een bos samengebonden graanhalmen, een schoof. Op een bepaalde dag na het begin van het feest der Ongezuurde Broden moesten de Israëlieten door de dienst van een priester een schoof met eerstelingen (van de gersteoogst) als beweegoffer aan de schepper, de Eigenaar van het land en de Gever van de oogst, aanbieden. Zie de volgende Schriftplaatsen: Lev. 23:9-16, 1 Cor. 15:20-23.


Deze 50e dag heet in de Tenachook wel Dag der Eerstelingen, Feest der Weken of Wekenfeest: Ook het Feest van de Oogst, der Eerstelingen van uw Vruchten, die gij op de akker zaaien zult … (Ex 23:16). … Het Feest der Weken, der Eerstelingen van de Tarweoogst, zult gij vieren … (Ex 34:22). … En op de Dag der Eerstelingen, wanneer gij een nieuw spijsoffer Yahuah brengen zult, op uw Feest der Weken, zult gij een Heilige Samenkomst hebben, gij zult generlei slaafse arbeid verrichten (Num 28:26).


Dit is de slotdag, de dankdag, van de gerst- en tarweoogst. De gersteoogst begint met de Beweeggarve op een zondag en na zeven Shabbatten, wordt de tarweoogst afgesloten met deze bijzondere, achtste Shabbat, ook weer daags ná de Shabbat. De voorjaarsfeesten hebben alles met de graanoogst te maken:


Lev 23:10-22 “Wanneer gij komt in het land dat Ik u geef, en de oogst daarvan binnenhaalt, dan zult gij de Eerstelings Garve van uw oogst naar de priester brengen, en hij zal de Garve bewegen daags ná de Shabbat zal de priester die bewegen. Gij zult op de dag waarop gij de Garve beweegt. Tot op die dag zult gij géén 17 brood, géén geroosterd of vers koren eten … Dan zult gij tellen van de dag ná de Shabbat, van de dag waarop gij de Garve van het Beweegoffer gebracht hebt: 7 volle weken zullen het zijn; tot de dag na de 7 e Shabbat zult gij tellen, 50 dagen. Uit uw woonplaatsen zult gij Twee Beweegbroden meebrengen gezuurd zullen zij gebakken worden, Eerstelingen voor Yahuah. Bij het Brood zult gij twee éénjarige schapen ten vredeoffer bereiden. En de priester zal ze bewegen, bij het Brood der Eerstelingen, als Beweegoffer. Op deze zelfde dag zult gij een oproep doen uitgaan, gij zult een Heilige Samenkomst hebben, generlei slaafse arbeid zult gij verrichten; Wanneer gij de oogst van uw land binnenhaalt, dan zult gij de rand van uw veld bij uw oogst niet geheel afmaaien, en wat van uw oogst is blijven liggen, zult gij niet oplezen; dat zult gij voor de arme en de vreemdeling laten liggen.“


De vijftig dagen van de Oogst beginnen dus met de Beweeggarve op de 1e dag en eindigen met de Twee Beweegbroden op de 50e dag. Het feit dat het Shavout door een aftelling van 50 dagen aan het Pesachfeest verbonden is, is een aanduiding dat het er een wezenlijk deel van is. Het staat in verband met de geestelijke toerusting die een gelovige nodig heeft om een getuige van Yahusha de messias te kunnen zijn en die geroepen is om de wereld te evangeliseren:


Lukas 24:46-49 “En Hij zei tegen hen: Zo staat er geschreven en zo moest de Hamashiach lijden en uit de doden opstaan op de derde dag. En in Zijn Naam moet onder alle volken bekering en vergeving van zonden gepredikt worden, te beginnen bij Jeruzalem. En u bent van deze dingen getuigen. En zie, Ik zend de belofte van Mijn Vader op u; maar blijft u in de stad Jeruzalem, totdat u met kracht uit de hoogte bekleed zult worden.”


De discipelen hebben zich inderdaad tien dagen lang in Jeruzalem verootmoedigd voordat zij met de Heilige Geest vervuld werden. Toen pas hebben zij de kracht ontvangen om getuigen van Yahusha te kunnen zijn. Hij heeft vlak voor Zijn hemelvaart gezegd:


Handelingen 1:8 “Maar u zult de kracht van de Heilige Geest ontvangen, Die over u komen zal; en u zult Mijn getuigen zijn, zowel in Jeruzalem als in heel Judea en Samaria en tot aan het uiterste van de aarde.”

Bazuinendag

Het 5e totaal Feest van Yahuah is Bazuinendag, het 4e jaarlijkse Feest, dat aan het einde van de zomer gevierd wordt, op de Nieuwe Maan, op 1 Tisjri. De zevende maand is het einde van het oogstseizoen en wordt ingeluid door een heilige dag van bazuingeschal:


Leviticus 23:24 “Spreek tot de Israëlieten en zeg: In de zevende maand, op de eerste dag van de maand, moet u een rustdag houden, een gedenkdag aangekondigd door bazuingeschal, een heilige samenkomst.”


De nieuwemaansdag van de 7e maand is dus de Bazuinendag, de dag dat er op de Twee Zilveren Trompetten (Numeri 10:1-10) en op ramshoorns (NBG, bazuinen) geblazen werd. Zeg tegen de Israëlieten:

• De 1 e dag van de 7 e maand moeten de hoorns schallen. Het zal voor jullie een rustdag [Shabbaton] zijn, die je als heilige dag samen moet vieren (NBV-Lev 23:24).

• De 1 e dag van de 7 e maand zullen de hoorns schallen. Vier die dag gezamenlijk als heilige dag; u mag dan niet werken (NBV-Num 29:1).

• Ook als jullie feestvieren, op de vaste feesten en bij nieuwemaan, en brandoffers en vredeoffers brengen, moet er op de [twee zilveren] trompetten geblazen worden om jullie in herinnering te brengen bij jullie Schepper. Ik ben Yahuah, jullie Schepper(NBV-Num 10:10).

• Blaas op de ramshoorn bij nieuwemaan en bij vollemaan voor onze feestdag (NBV-Psalm 81:3).


Elke Nieuwe Maan moest er in ieder geval op de twee zilveren trompetten en op de ramshoorn geblazen worden om het volk kenbaar te maken dat de nieuwe maand begonnen was. Maar de Nieuwe Maan van de 7e maand was bovendien Rosj HaSjana, de nieuwjaarsdag van het burgerlijke jaar, ook al komt die naam in de Bijbel niet voor.


Het feest van de bazuinen zal vervuld worden wanneer Yahusha de hemelse oogst onder alle naties inzamelt. Paulus schrijft:


1 Thessalonicenzen 4:16-17 “Want de Heere Zelf zal met een geroep, met de stem van een aartsengel en met een bazuin van Yahuah neerdalen uit de hemel. En de doden die in Yahusha de Messias zijn, zullen eerst opstaan. Daarna zullen wij, de levenden die overgebleven zijn, samen met hen opgenomen worden in de wolken, naar een ontmoeting met de Heere in de lucht. En zo zullen wij altijd bij de Heere zijn”


Jesaja, Joel en Zacharia zeggen in de Tenach onder anderen het volgende over het blazen van de Sjofar:


Jesaja 27:12-13 “Maar het zal te dien dage geschieden … gij zult ingezameld worden één voor één, kinderen Israëls. En het zal te dien dage geschieden, dat er op een Grote Bazuin geblazen zal worden, en zij die verloren waren zullen komen en zich nederbuigen voor Yahuah.”


Joël 2:1 “Ook heb Ik wachters over u gesteld: Luistert naar het Geklank der Bazuin [sjofar, ramshoorn]; maar zij zeggen: Wij willen niet luisteren (Jer 6:17). … Blaast de Bazuin op Sion en maakt alarm op mijn heilige berg! Dat alle inwoners des lands sidderen, want de Dag des HEREN komt. Want hij is nabij!.”


Zacharia 9:14 “Dan zal Yahuah hun verschijnen … Yahuah Here zal de Bazuin blazen en optrekken in zuiderstormen”


De bazuin (sjofar, ramshoorn) staat voor Jakobs Verdrukking en de Grote en Geduchte Dag van Yahuah. De Bazuinendag symboliseert die komende tijd. Joden kijken uit naar hun messias … Wij gelovigen mogen ‘weten’, dat wanneer Hij komt … zij Hem zullen (h)erkennen als Yahusha HaMashiach:


Zacharia 12:10 “Ik zal over de inwoners van Jeruzalem uitgieten de Geest der genade en der gebeden; zij zullen hem aanschouwen, die zij doorstoken hebben, en over hem een rouwklacht aanheffen als de rouwklacht over een enig kind, ja, zij zullen over hem bitter leed dragen als het leed om een eerstgeborene.”


Voor de gelovige betekent de Bazuinendag twee dingen:


• de Wederkomst van Yahusha als Koning der koningen en Here der heren (Opbaring 19), èn

• de Opstanding der Heiligen (Opbaring 20:5-6).


De Grote Verzoendag

Het 6e totaal Feest van Yahuah is de Grote Verzoendag, het 5e jaarlijkse Feest, de 10e dag van de maand Tisjri, negen dagen ná de Bazuinendag en vijf dagen vóór het Loofhuttenfeest. Zoals alle Feesten is dit een inzetting van de schepper Zelf en wordt ook als dusdanig vermeld.


Leviticus 16:29, 31, 34; 23:31 “Dit zal u tot een altoosdurende inzetting zijn: in de zevende maand op de tiende der maand zult gij u verootmoedigen en generlei werk doen, zomin de geboren Israëliet als de vreemdeling, die in uw midden vertoeft.”, “Het zal u een volkomen Shabbat zijn en gij zult u verootmoedigen, het is een altoosdurende inzetting”


Het volk nadert door haar hogepriester symbolisch direct tot de schepper Zijn Troon. Het hele jaar door bracht men ook wel offers ter reiniging, vergeving en verzoening. Elke Nieuwe Maan werd er bij voorbeeld een geitebok als zondoffer ter verzoening geofferd (Numeri 28:15; Nehemia 10:33), maar de Grote Verzoendag was de enige dag in het jaar dat de Hogepriester in het Heilige der Heiligen, voor de Ark des Verbonds mocht komen. Dit was de meest plechtige gebeurtenis van het jaar, ter verzoening van het volk met de schepper, zonder dat men besefte dat het tevens het offer van de Messias (Hebreeën 8-9) verbeeldde.


Het Judaïsme kent en erkent het boek Openbaring niet, maar daarin staat eigenlijk de sleutel tot de betekenis van de najaarsfeesten:

• Bazuinendag is de Wederkomst van de Messias (Opbaring19).

• Grote Verzoendag is oa de verbanning van Satan (Opbaring 20:1-3) ná de Wederkomst.

• Loofhuttenfeest verbeeldt het Messiaanse Vrederijk van 1000 jaar (Opbaring 20).

• De Achtste Dag verbeeldt de ‘happy end’, het Nieuwe Jeruzalem (Opbaring 21-22).


De chronologie van de gebeurtenissen (van Opbaring 19-22) openbaart de chronologie en betekenis van de najaarsfeesten vanaf de Tweede Komst van Yahusha HaMasjiach. Elke viering van de Grote Verzoendag was en is dus óók een heenwijzen, naar die grote gebeurtenis van Openbaring 20:


Openbaring 20:1-3 “En ik zag een engel nederdalen uit de hemel met de sleutel des afgronds en een grote keten in zijn hand; en hij greep de Draak, de Oude Slang, dat is de Duivel en de Satan, en hij bond hem 1000 jaren, en hij wierp hem in de afgrond en sloot en verzegelde die boven hem, opdat hij de volkeren niet meer zou verleiden, voordat de 1000 jaren voleindigd waren; daarna moest hij voor een korte tijd worden losgelaten.”


Het feest zal profetisch vervuld worden wanneer de Messias bij Zijn wederkomst Zijn voeten op de Olijfberg zet en elk oog Hem zal zien, ook zij die Hem doorstoken hebben. Op die dag zal Hij met Israël als volk verzoend worden en regeren vanuit Jeruzalem. Dan zal er volgens Daniël 9:24, eeuwige gerechtigheid voor Israël aanbreken en het zal ook in de heerlijkheid van het ten volle herstelde Jeruzalem gezien kunnen worden. Op deze erg dramatische dag na de grote verdrukking zal er ook een overblijfsel van de naties met de Messias verzoend worden. Volgens Mattheüs 24:29-30 zullen alle stammen van de aarde rouw bedrijven over hun zonden wanneer zij de Zoon des mensen zullen zien komen op de wolken.


Het Loofhuttenfeest (of Feest van de Tabernakelen)

Het 7e totaal Feest van Yahuahjj is het Loofhuttenfeest, het 6e jaarlijkse Feest, vanaf de Volle Maan, van 15 tot 21 Tisjri.


Leviticus 23:34, 42-43 “Spreek tot de Israëlieten en zeg: Vanaf de vijftiende dag van deze zevende maand is het zeven dagen lang Loofhuttenfeest voor Yahuah… Zeven dagen moet u in de loofhutten wonen. Alle ingezetenen van Israël moeten in loofhutten wonen, zodat de generaties na u weten dat Ik de Israëlieten in loofhutten liet wonen, toen Ik hen uit het land Egypte geleid heb. Ik ben Yahuah, uw Elohim”


Het Loofhuttenfeest is een inzetting van de schepper die in Zacharia wel een heel speciale vermelding krijgt, omdat daar duidelijk staat dat in het Millennium alle volken deze inzetting van de schepper van jaar tot jaar zullen onderhouden, op straffe van droogte (Zacharia 14). Dit is ten eerste een vreugdefeest dat na de finale inzameling van de oogst gevierd wordt om Yahuah voor al Zijn weldaden van dat betrokken jaar en voor de gehele oogst te danken. Ten tweede heeft dit feest een terugwaartse verwijzing naar de uittocht uit Egypte toen de kinderen van Israël in hutten in de woestijn verbleven hebben……, eveneens een inzetting:


Lev. 23:41 “Gij zult het als een feest des Heren vieren zeven dagen in het jaar, een altoosdurende inzetting voor uw geslachten; in de zevende maand zult gij het vieren.”


Het Loofhuttenfeest kent vele geestelijke betekenissen met betrekking tot Yahusha, en tot Zijn profetisch Koningschap over deze aarde in het Vrederijk.

• De Beweeggarve stelt de opgestane Messias voor, en de gerste- en tarweoogst de opgestane Eerstelingen, de Heiligen die in het geloof gestorven zijn van Abel tot en met de Twee Getuigen (Opbaring 11). De rest van de oogst, van, en voor het Loofhuttenfeest, echter, verbeeldt de oogst van miljoenen (miljarden?) zielen tijdens het Messiaanse Vrederijk.

• Het Loofhuttenfeest verbeeldt óók het Vredige Millennium zelf, onder Yahusha & de Heiligen, na 6000 jaar oorlog onder Satan.

• Het wonen in tenten van Israël gedurende de 40 jaar, is óók een beeld hoe de Rots (Yahusha), met ons meetrekt vanuit de zonde (Egypte), tot en met de doortocht door de Jordaan (de dood), het Beloofde Land in (de schepper Zijn Koninkrijk), ondertussen wonend in ons vlees, onze tijdelijke tent (ons lichaam=onze Loofhut), al manna (de schepper Zijn Woord) etende, drinkende uit de Rots (Yahusha).

• De tent, de tabernakel, de tijdelijke woning, de Loofhut, verbeeldt dat Yahusha onder ons gewoond, getabernakeld, heeft.

• Ons lichaam is als een tent, een tabernakel, een tijdelijke woning, waaraan wij tijdelijk onderworpen zijn, en waaruit wij verlost moeten worden.

• De onderwijzing van het volk gedurende het Loofhuttenfeest, geboden in de Thora, werd nauwgezet opgevolgd door Ezra en Nehemia:

Ezra 8:17-18 “De gehele gemeente van hen die uit de ballingschap waren teruggekeerd, maakte loofhutten en woonde in de loofhutten … Er heerste dus zeer grote vreugde. Uit het Boek der Wet [Thora] Gods las men ELKE DAG voor, van de eerste tot de laatste dag [=zevende dag]; zij vierden zeven dagen Feest, en op de Achtste Dag was er een Feestelijke vergadering, volgens het voorschrift.”


Alhoewel men op zijn laatste Loofhuttenfeest reeds op zijn leven uit was, ging Yahusha naar Jeruzalem om het volk tijdens het Feest te onderwijzen. Heel Johannes 7 gaat over het Loofhuttenfeest en over wat de Messias toen onderwees. Kijk naar de sleutelwoorden ‘leren’, ‘leer’, ‘onderricht’, ‘geleerd’ en ‘wet [Thora]’, die hier steeds genoemd worden:


Johannes 7:14-24 “Doch toen het Feest reeds op de helft was, ging Yahusha op naar de tempel en leerde. De Joden dan verbaasden zich en zeiden: Hoe is deze zo geleerd zonder onderricht te hebben ontvangen? Yahusha 39 antwoordde hun en zeide: Mijn leer is niet van Mij, maar van Hem, die Mij gezonden heeft; indien iemand diens wil doen wil, zal hij van deze leer weten, of zij van Yahuah komt, dan of Ik uit Mijzelf spreek … Heeft Mozes u niet de Wet [wet = Thora = onderwijzing] gegeven ? En niemand van u doet de Wet [Thora].”


Dit is tevens een beeld voor het feit dat in het Vrederijk, na Satans verbanning, Yahusha als Koning der koningen en Heer der heren, de volkeren zal onderwijzen … 1000 jaar lang:


Jesaja 2:3-4 “En vele natiën zullen optrekken en zeggen: Komt, laten wij opgaan naar de Berg des HEREN, naar het Huis van de God Jakobs, opdat Hij ons lere aangaande zijn wegen en opdat wij zijn paden bewandelen. Want uit Sion zal de Wet [Thora] uitgaan en des HEREN Woord uit Jeruzalem. En Hij zal richten tussen volk en volk en rechtspreken over machtige natiën. Dan zullen zij hun zwaarden tot ploegscharen omsmeden en hun speren tot snoeimessen; geen volk zal tegen een ander volk het zwaard opheffen, en zij zullen de oorlog niet meer leren.”


Loofhuttenfeest, Feest der Tenten, Feest der Tabernakelen, is nog steeds een onvervulde schaduw, symbool, van het aankomende Millennium! Na de Wederkomst (=Bazuinendag) van Yahusha en na de Verbanning van Satan (=Grote Verzoendag), zal de Schepping, gereinigd en hersteld worden, zonder de vloek die op de Schepping rust sinds de eerste zonde van Adam & Eva.


Mensen zullen in het Vrederijk gewoon sterven, maar niet aan gruwelijke ziektes, of vermoord worden. De mensheid onder de Messias zal volkomen gezond leven:


Jesaja 65:19-23 “En Ik zal juichen over Jeruzalem en Mij verblijden over mijn volk … Daar zal niet langer een zuigeling zijn, die slechts weinige dagen leeft, noch een grijsaard, die zijn dagen niet voleindigt, want de jongeling zal als 100-jarige sterven, zelfs de zondaar zal eerst als 100-jarige door de vloek getroffen worden. Zij zullen huizen bouwen en die bewonen, wijngaarden planten en de vrucht daarvan eten; zij zullen niet bouwen, opdat een ander er wone; zij zullen niet planten, opdat een ander het ete, want als de levensduur der bomen zal de leeftijd van mijn volk zijn … Zij zullen niet tevergeefs zwoegen en geen kinderen voortbrengen tot een vroegtijdige dood, want zij zullen een door Yahuah gezegend geslacht zijn, en hun nakomelingen met hen”


De woestijnen zullen op de één of andere manier gaan bloeien:


Jesaja 35:1-2 “De woestijn en het dorre land zullen zich verblijden, de steppe zal juichen en bloeien als een narcis; zij zal welig bloeien en juichen, ja, juichen en jubelen. De heerlijkheid van de Libanon is haar gegeven, de luister van de Karmel en van Saron; zij zullen aanschouwen de heerlijkheid des HEREN, de luister van onze Elohim.”


De Dode Zee zal leven … Zij zal weer zoet worden, op wat poelen na, en gaan leven:


Ezechiël 47:8-11 “Hij zeide tot mij: Dit water stroomt naar de oostelijke landstreek, vloeit af naar de [Jordaan] Vlakte en komt in de [Dode] Zee; in de Zee wordt het uitgestort, zodat haar water gezond wordt [een proces dus!]. En alle levende wezens die er wemelen, zullen leven, overal waar de beek komt, en er zal zeer veel vis zijn, WANT als dit water daarheen komt, DAN wordt het water van de zee gezond. Overal waar de beek komt, zal alles leven. Vissers zullen erlangs staan van En-Gedi tot En-Eglaim; het zal een plaats zijn om de netten uit te spreiden, en de vissen erin zullen van allerlei soort zijn, zoals de vissen van de Grote Zee [=Middellandse Zee], zeer talrijk. Maar de moerassen en poelen ervan zullen niet gezond worden; zij zijn aan het zout prijsgegeven.”


Er lijkt ons meer geloof voor nodig om dit als metafoor te zien, dan om dit als een onvervulde profetie te zien! Het duizendjarig vrederijk – waar geen oorlog meer geleerd zal worden, en iedereen te eten zal hebben en niemand aan ziekte voor zijn tijd zal sterven – wordt in de schepper Zijn Feesten verbeeldt door het Loofhuttenfeest. De Natuur zal hersteld worden tot haar oorspronkelijke staat, zoals die was op de 7e dag, op de Shabbat van Genesis 2:1-3. Het zal weer zéér goed zijn (tov me’od!).


De Achtste Dag, bevestiging van het belang van de Shabbat

Leviticus 23:36 “…op de achtste dag zult gij een heilige samenkomst hebben en Yahuah een vuuroffer brengen; het is een feest, generlei slaafse arbeid zult gij verrichten.”


Het 8e totaal Feest van Yahuah is de Achtste Dag, het 7e jaarlijkse Feest, op de 22e Tisjri. Het is een apart Feest, maar vormt als aangeplakte dag, óók een achtdaagse éénheid met het zeven dagen durende Loofhuttenfeest. De Tenach geeft ons weinig informatie over de betekenis van dit Feest, maar met het NT en Openbaring 19-22, wordt het wel duidelijk, wat de Eeuwige met dit Feest beoogt.


De clou om de betekenis van de Achtste Dag te verstaan, is om te zien dat de volgorde 5. de Bazuinendag, 6. de Grote Verzoendag, 7. Loofhuttenfeest en 8. Achtste Dag, chronologisch terug te vinden is in de laatste hoofdstukken van de Openbaring van Yahusha de Messias (Johannes):

5. Bazuinendag (Wederkomst van Yahusha, Opbaring 19)

6. Grote Verzoendag (Het Binden van Satan, verzoening voor de heiligen Opbaring 20:1-3)

7. Loofhuttenfeest (Het 1000-jarig rijk onder Yahusha en de Heiligen, Opbaring 20)

8. Achtste Dag, (De Nieuwe Hemel, de Nieuwe Aarde & het Nieuwe Jeruzalem, Opbaring 21-22).


De profetieën over het Vrederijk enerzijds, en over de Nieuwe Hemel, Nieuwe Aarde en het Nieuwe Jeruzalem (Opbaring 21-22) anderzijds, worden nog wel eens door elkaar gehusseld. De profetieën van Jesaja 11, 65, 66, Ezechiël 37, 40-48, Zacharia 14, gaan over een VERnieuwde hemel, en een VERnieuwde aarde, maar 41 het zijn nog steeds een fysieke hemel en aarde, maar dan vernieuwd, teruggebracht naar hun oorspronkelijke perfecte staat van de Hof van Eden, van Genesis 1-2. Alles is en blijft fysiek.


Daar zijn nog zeeën, zonsondergangen, daar zijn nog Shabbatten, nieuwe manen en feesten, en er zal zelfs weer een tempel zijn, wij zijn gezamelijk de Tempel (Ezechiël).


Jesaja 65:17-25 “Want zie, Ik schep een nieuwe hemel en een nieuwe aarde [VERnieuwd dus!]; aan wat vroeger was, zal niet gedacht worden, het zal niemand in de zin komen … want zie, Ik schep Jeruzalem tot jubel en zijn volk tot blijdschap … En daarin zal niet meer gehoord worden het geluid van geween of van geschreeuw. Daar zal niet langer een zuigeling zijn, die slechts weinige dagen leeft, noch een grijsaard, die zijn dagen niet voleindigt, want de jongeling zal als 100-jarige sterven [maar hij sterft wèl!], zelfs de zondaar zal eerst als 100-jarige door de vloek getroffen worden. Zij zullen huizen bouwen en die bewonen, wijngaarden planten en de vrucht daarvan eten; zij zullen niet bouwen, opdat een ander er wone; zij zullen niet planten, opdat een ander het ete … Zij zullen niet tevergeefs zwoegen [maar er wordt wel gezwoegd!] en geen kinderen voortbrengen tot een vroegtijdige dood [niet vroegtijdig, maar de dood is er wel!], want zij zullen een door Yahuah gezegend geslacht zijn, en hun nakomelingen met hen. En het zal geschieden, dat Ik antwoorden zal, voordat zij roepen; terwijl zij nog spreken, zal Ik verhoren. De wolf en het lam zullen tezamen weiden en de leeuw zal stro eten als het rund, en de slang zal stof tot spijze hebben; zij zullen geen kwaad doen noch verderf stichten op gans mijn Heilige Berg, zegt Yahuah.”


Jesaja 66:23 “En het zal geschieden van nieuwe maan tot nieuwe maan en van Shabbat tot Shabbat [de zon gaat nog steeds onder!], dat al wat leeft zal komen om zich voor mijn aangezicht neer te buigen, zegt Yahuah.”


Voor straf geen regen:


Zacharia 14:16- 19 “Allen, die zijn overgebleven van al de volken [van de fysieke volkeren dus, na de Grote Verdrukking], die tegen Jeruzalem zijn opgerukt, zullen van jaar tot jaar [er zijn dus nog jaren, daar zijn dagen, weken en maanden en zonsondergangen voor nodig] heentrekken om zich neer te buigen voor de Koning, Yahuah der heerscharen, en het Loofhuttenfeest te vieren. Maar wie … niet naar Jeruzalem zal heentrekken om zich voor de Koning, Yahuah der heerscharen, neder te buigen, op hem zal geen regen vallen [er is nog regen op de VERnieuwde aarde], en indien het geslacht der Egyptenaren [er zijn nog Egyptenaren!] niet zal heentrekken en komen, op wie geen regen valt, dan zal toch komen de plaag [=straf voor zonde] waarmee Yahuah de volken zal treffen, die niet heentrekken [er is nog zonde, er is nog ongehoorzaamheid] om het Loofhuttenfeest te vieren. Dit zal de straf [géén regen] zijn van de Egyptenaren en van alle volken die NIET heentrekken om het Loofhuttenfeest te vieren.”.


Het Nieuwe Jeruzalem

Het Nieuwe Jeruzalem van Openbaring 21-22 is heel anders. Die nieuwe wereld, die nieuwe stad, is gemaakt van niet aardse, niet stoffelijke, ‘materie’ zou ik bijna zeggen, van niet stoffelijke ‘substantie’. Bij de schepper Zijn Troon is er nu ook een altaar, een tempel, de glazen zee, aartsengelen, cherubs, serafijnen, en ik weet niet wat. Allemaal bestaande uit niet-stoffelijke substantie, wèl echt! De dieren voor Zijn Troon, de schepper, het Lam, de geesten, de engelen, etc. kunnen elkaar wel zien! Maar ze hebben geen zuurstof, water, aarde, voedsel, dit fysieke leven, nodig! Zo is het in het Nieuwe Jeruzalem ook! Het is er altijd licht! Dan is er geen zonsondergang meer, en dus ook geen dag, week, jaar of maand meer. Er is géén zee meer … en vooral! Er is géén dood meer!


Openbaringen 21-22 lezen we:


“En ik [Johannes] zag een nieuwe hemel en een nieuwe aarde; want de eerste hemel, en de eerste [fysieke!] aarde was voorbijgegaan, en de zee was niet meer [!]. En ik zag de Heilige Stad, een Nieuw Jeruzalem, nederdalende uit de Hemel, van de schepper , getooid als een Bruid … en Hij zelf zal bij hen zijn, en Hij zal alle tranen van hun ogen afwissen, en de dood zal niet meer zijn [!], noch rouw, noch geklaag, noch moeite zal er meer zijn, want de eerste dingen [dat is alles tot en met het Vrederijk] zijn voorbijgegaan … En hij voerde mij weg in de geest op een grote en hoge berg, en hij toonde mij de Heilige Stad, Jeruzalem, nederdalende uit de hemel, van Yahuah … en haar glans geleek op een zeer kostbaar gesteente, als de kristalheldere diamant [dit is het Hemelse Jeruzalem, van totaal andere substantie, en totaal andere afmetingen] … En de twaalf poorten waren twaalf paarlen: iedere poort afzonderlijk was uit een parel]; en de straat der stad was zuiver goud, gelijk doorschijnend glas. En een Tempel zag ik in haar niet, want Yahuah Elohim, de Almachtige, is Haar Tempel, en het Lam. En de Stad heeft de zon en de maan niet van node, dat die haar beschijnen, want de Heerlijkheid van Yahuah verlicht haar en haar lamp is het Lam [géén Shabbatten & nieuwe manen meer, het is dan de eeuwige Shabbat] … en haar poorten zullen nooit gesloten worden [in het Vrederijk werden de poorten wèl gesloten!] des daags, want daar zal geen nacht zijn …


En de Troon van de schepper en van het Lam zal daarin zijn en zijn dienstknechten zullen Hem vereren, en zij zullen zijn aangezicht zien en zijn naam zal op hun voorhoofden zijn. En er zal geen nacht meer zijn en zij hebben geen licht van een lamp of licht der zon van node, want Yahuah zal hen verlichten …”

Dat is waar de Achtste Dag voor staat, voor de Happy End! Het vieren van de Achtste Dag, is een vieren dat alles van de eerste schepping voorbij zal zijn, geen dood en verdriet meer, alleen nog maar Kinderen van de schepper , in Zijn Koninkrijk.


De Acht is het getal van Behoud, dit komt duidelijk naar voren, toen de mensheid, door de acht in de ark, behoud vond:


1 Petrus 3:20 “In de dagen van Noach, terwijl de ark in gereedheid werd gebracht, waarin weinigen, dat is acht zielen, door het water heen gered [gered, behouden, en door hen de mensheid] werden.”


Besnijdenis op de 8e dag is ook een beeld van behoud. Een ieder, die niet besneden was, moest uitgeroeid worden.


Genesis 17:14 “En de onbesnedene, de man namelijk, die het vlees van zijn voorhuid niet laat besnijden, die mens zal uitgeroeid worden uit zijn volksgenoten: hij heeft mijn verbond verbroken.”


Elk geboren jongetje in Israël ging zeven dagen lang als onbesneden Israëliet door het leven! Met een theoretische doodstraf boven zijn hoofd. De besnijdenis op zijn 8e dag, bracht hem (fysiek) behoud:


Genesis 17:12 “Wie acht dagen oud is, zal bij u besneden worden, al wat mannelijk is in uw geslachten”


Deze fysieke besnijdenis is een symbool voor de geestelijke besnijdenis, de besnijdenis van hart, zowel in de Tenach als Nieuwe Testamen. Maar dat niet alleen, de besnijdenis op de 8e dag is ook een schaduw van het 8e Feest op de 8e Dag, aan het begin van het 8e millennium … wie dan niet besneden is van hart, wie dan nog onrein is, zal geenszins het Nieuwe Jeruzalem binnengaan!


De eerstelingen van het vee, mochten maar 7 dagen bij hun moeder blijven:


Exodus 22:30 “Evenzo zult gij doen met uw runderen en met uw kleinvee: 7 dagen zullen zij bij de moeder blijven, op de 8 e dag zult gij ze Mij geven.”


Mozes richt op de 1e Nisan (Nieuwe Maan) van het 2e jaar, de Tabernakel op, en heiligt Aäron en zijn zonen op diezelfde dag. Aäron en zijn zonen moeten zeven dagen in hun wijding blijven. Op de 8e dag mag Aäron pas voor het eerst offeren, hij zegent het volk voor het eerst op de 8e dag … en de Schepper van Hemel en Aarde verschijnt in Zijn heerlijkheid op die 8e Nisan:


Numeri 8:33-9:24 “En van de ingang van de tent der samenkomst zult gij gedurende 7 dagen niet weggaan, tot de dag waarop de dagen uwer wijding vervuld zijn; want 7 dagen zal uw wijding duren … Bij de ingang van de tent der samenkomst zult gij dag en nacht, 7 dagen lang, blijven en gij zult het u door Yahuah gegeven voorschrift in acht nemen, opdat gij niet sterft, want zo is mij geboden … Op de 8 e dag riep Mozes Aäron, diens zonen … Toen naderde Aäron [op de 8 e dag] tot het altaar en slachtte het kalf [zijn eerste daad] … Toen hief Aäron zijn handen op over het volk en zegende het [zijn eerste zegen] … Mozes nu en Aäron gingen in de tent der samenkomst en toen zij er weer uitkwamen, zegenden zij het volk [nog steeds 8 e dag], en de heerlijkheid des HEREN verscheen aan het gehele volk … toen het volk dat zag, juichten allen en wierpen zich op hun aangezicht”


Alles in het bovenstaand verhaal is direct gerelateerd aan de betekenis van de Achtste Dag, het 8e Feest van de De Eeuwige. Het reinigen van de mensheid, en het scheppen van Zijn zonen en dochteren zal 7000 jaar duren. Vanaf de 8e dag zal die geestelijke schepping klaar zijn:


2 Korinthe 6:18 “En Ik zal u tot Vader zijn en gij zult Mij tot zonen en dochteren zijn, zegt Yahuah, de Almachtige.”


Amen en Shalom