Paulus verkeerd begrepen

Publicatie: Maart 2015

Paulus verkeerd begrepen

Paulus (Šaʾul) wordt zo vaak foutief begrepen als het over Thora en genade gaat. Hier een duidelijk overzicht aangaande zijn denken ten opzichte van de Thora en zijn levensstijl.

1. Šaʾul hield altijd de Sabbat:

Handelingen 17: 2: ''En Paulus ging naar zijn gewoonte bij hen naar binnen en drie Sabbatten lang ging hij met hen in gesprek vanuit de Schriften.''

Handelingen 18: 4: ''En hij sprak iedere Sabbat in de synagoge en probeerde Joden en Grieken te overtuigen.''


2. Šaʾul vierde de Bijbelse feesten:

Handelingen 20: 6: ''Wij echter vertrokken na de dagen van de ongezuurde broden per schip van Filippi en kwamen binnen vijf dagen bij hen in Troas aan, waar wij zeven dagen verbleven.''

Handelingen 20: 16: ''Want Paulus had zich voorgenomen Efeze voorbij te varen om geen tijd in Asia te hoeven doorbrengen, want hij haastte zich om, als het mogelijk voor hem was, op de Pinksterdag in Jeruzalem te zijn.''


3. Šaʾul leerde ons de Bijbelse feesten te vieren:

1 Korinthiërs 5: 7-8: ''Verwijder dan het oude zuurdeeg, opdat u een nieuw deeg zult zijn. U bent immers ongezuurd, want ook ons Paaslam is voor ons geslacht: Messias. Laten wij dus feestvieren, niet met oud zuurdeeg, ook niet met zuurdeeg van slechtheid en boosaardigheid, maar met ongezuurde broden van oprechtheid en waarheid.'' --> Verwijst naar het Feest der ongezuurde broden!

Kolossenzen 2: 16: ''Laat dus niemand u veroordelen inzake eten of drinken, of op het punt van een feestdag, een nieuwe maan of de Sabbatten.''


4. Šaʾul geloofde de hele Thora:

Handelingen 21: 24: ''Neem die bij u, reinig u samen met hen en betaal voor hen de kosten van de offers, zodat zij zich het hoofd kunnen laten scheren en allen kunnen weten dat er niets waar is van wat hun over u verteld is, maar dat u zo wandelt dat u ook zelf de wet in acht neemt.''

Handelingen 24: 14: ''Maar dit erken ik voor u: dat ik volgens die Weg die zij sekte noemen, op die manier de Elohim van de vaderen dien, en dat ik alles geloof wat er in de Wet en in de Profeten geschreven staat.''

Romeinen 7: 7: ''Wat zullen wij dan zeggen? Is de Wet zonde? Volstrekt niet! Ja, ik zou de zonde niet hebben leren kennen dan door de Wet. Ik zou immers ook niet geweten hebben dat begeerte zonde was, als de Wet niet zei: U zult niet begeren.''

Romeinen 7: 12: ''Zo is dan de Wet heilig, en het gebod is heilig en rechtvaardig en goed.''

Galaten 3: 21: ''Is dan de Wet in strijd met de beloften van YHWH? Volstrekt niet! Want als er een wet gegeven was die in staat was levend te maken, dan zou de gerechtigheid werkelijk uit de Wet zijn.''


5. Šaʾul zei dat we de Thora bevestigen:

Romeinen 3: 31: ''Doen wij dan door het geloof de Wet teniet? Volstrekt niet, maar wij bevestigen de Wet.''


6. Šaʾul onderwees de Thora:

Handelingen 28: 23: ''En nadat zij voor hem een dag vastgesteld hadden, kwamen er velen naar de plaats waar hij verbleef. Hij legde het Koninkrijk van YHWH aan hen uit en getuigde ervan, en hij probeerde hen, van 's morgens vroeg tot de avond toe, zowel uit de Wet van Mozes als uit de Profeten, te bewegen tot het geloof in Yahusha.''

1 Korinthiërs 7: 19: ''Besneden zijn is niets en onbesneden zijn is niets, maar het in acht nemen van de geboden van YHWH.''

2 Thessalonicenzen 2: 3: ''Laat niemand u op enigerlei wijze misleiden. Want die dag komt niet, tenzij eerst de afval gekomen is en de mens van de wetteloosheid, de zoon van het verderf, geopenbaard is...''


7. Šaʾul verheugde zich in de Thora:

Romeinen 7: 22-25: ''Want naar de innerlijke mens verheug ik mij in de Wet van YHWH. Maar in mijn leden zie ik een andere wet, die tegen de wet van mijn verstand strijd voert en mij tot gevangene maakt van de wet van de zonde, die in mijn leden is. Ik ellendig mens, wie zal mij verlossen uit het lichaam van deze dood? Ik dank YHWH, door Yahusha de Messias, onze Heere.''

1 Timoteüs 1: 8: ''Maar wij weten dat de Wet goed is, als men die wettig gebruikt''.


8. Šaʾul achtte de Thora nog steeds van kracht na de Romeinen en Galaten te hebben geschreven:

Handelingen 21: 26 ''Toen nam Paulus de mannen mee en de dag daarna reinigde hij zich samen met hen, ging de tempel binnen en maakte bekend wanneer de dagen van de reiniging vervuld zouden zijn, namelijk wanneer voor ieder van hen het offer zou worden gebracht.''


9. Šaʾul vertelt ons hem na te volgen, zoals hij Yahusha navolgt:

1 Korinthiërs 4: 16 ''Ik roep u er dus toe op: word mijn navolgers.''

1 Korinthiërs 11: 1 ''Wees navolgers van mij, zoals ik navolger van Messias ben.''