Is ‘Kan ik mijn redding verliezen’ de juiste vraag?

Publicatie: Januari 2020

Is ‘Kan ik mijn redding verliezen’ de juiste vraag?

Sinds ik volgens de Thora ben gaan wandelen met als vangnet mijn rechtvaardigheid in Yahusha, door mijn ‘nieuwe geboorte’, kom ik de vraag ‘kan ik mijn redding verliezen’ met regelmaat tegen. Ik zal proberen een antwoord te geven door daarbij de Schrift en Zijn context te laten spreken. Zowel de voor- als tegenstanders van het wel of niet verliezen van redding hebben hun teksten klaarliggen. Maar wat wil de Schrift ons vanuit zijn eigen inhoud meegeven, daar wil ik op focussen.

Een nauwkeurig antwoord kan alleen gegeven worden als we weten wat iemand onder redding of heil verstaat. Ik zal in deze korte studie focus houden op de context van de verlossing als het gaat om de 'nieuwe geboorte', of bevrijding van de straf voor de zonde welke de dood is. Degenen die geloven dat je redding kunt verliezen hebben een vaste lijst met ‘bewijsteksten’, zoals:

Hebreeën 6:4-6 Want het is onmogelijk om hen die eens verlicht zijn geweest, die de hemelse gave geproefd hebben en deelgenoot zijn geworden van de Heilige Geest, en die het goede Woord van God (YAHUAH) geproefd hebben en de krachten van de komende wereld, en die daarna afvallig worden, weer opnieuw tot bekering te brengen, omdat zij voor zichzelf de Zoon van God (YAHUAH) opnieuw kruisigen en openlijk te schande maken.

Hebreeën 10:26 Want als wij willens en wetens zondigen, nadat wij de kennis van de waarheid ontvangen hebben, blijft er geen slachtoffer voor de zonden meer over,

2 Petrus 2:20-22 Want als zij de besmettingen van de wereld ontvlucht zijn door de kennis van de Heere en Zaligmaker Yahusha de Messias, maar daarin opnieuw verwikkeld raken en daardoor overwonnen worden, dan is voor hen het laatste erger geworden dan het eerste. Het zou immers beter voor hen geweest zijn dat zij de weg van de gerechtigheid niet gekend hadden, dan dat zij, nadat zij die hebben leren kennen, zich weer afkeren van het heilige gebod dat hun overgeleverd was. Maar hun is overkomen wat een waar spreekwoord zegt: De hond is teruggekeerd naar zijn eigen uitbraaksel en de gewassen zeug naar het rondwentelen in de modder.

Efeziers 1:13 In Hem bent ook u, nadat u het Woord van de waarheid, namelijk het Evangelie van uw zaligheid, gehoord hebt; in Hem bent u ook, toen u tot geloof kwam, verzegeld met de Heilige Geest van de belofte,

Johannes 5:24 Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Wie Mijn woord hoort en Hem gelooft Die Mij gezonden heeft, die heeft eeuwig leven en komt niet in de verdoemenis, maar is uit de dood overgegaan in het leven.

Hebreeën 7:25 Daarom kan Hij ook volkomen zalig maken wie door Hem tot God (YAHUAH) gaan, omdat Hij altijd leeft om voor hen te pleiten.


Ik heb de teksten bestudeerd en lees daarbij in veel verschillend uitleggen van deze teksten de meeste ijzersterke onderbouwingen met betrekking tot deze zaak. Maar mijn vraag is, zijn deze verzen geplaatst voor het uitdrukkelijke doel van het onderwijs of men hun redding kan verliezen of niet? Als de vraag is wat er wordt onderwezen door de schrijvers van de Schrift, dan kan ik verzekeren dat er goede ondersteuning is aan beide kanten en de kwestie nooit zal worden opgelost.

De vraag van het verlies van het heil komt uit de Westerse theologie van het Christendom. Deze is lange tijd bezig geweest met het verdedigen van zijn eigen stellingen ten opzichte van andere geloven en daardoor altijd bezig de bewijzen dat men de absolute waarheid heeft gevonden.

Laten we twee eenvoudige vragen stellen. Als ik ECHT nieuw geboren en en ik geloof dat ik dat kan verliezen, hoe zal het antwoord op deze vraag het feit veranderen dat ik opnieuw geboren ben? Aan de andere kant, als ik NIET wedergeboren. Doet dan de overtuiging dat ‘eens gered, altijd gered’ iets aan het feit dat je niet gered bent? We komen dichter bij wat ik zeggen wil.

In het 3e hoofdstuk van het evangelie van Johannes heeft Yahusha een een gesprek met Nicodemus. Het is hier dat we geconfronteerd worden met de ‘nieuwe geboorte’. De Messias doet iets dat heel typerend is voor Zijn cultuur. Hij maakt gebruik van een aardse, fysieke realiteit om te leren over de hemelse, geestelijke werkelijkheid. Hij vergelijkt de geestelijke geboorte met een aardse geboorte. Dan doet Yahusha een poging Nicodemus de geestelijke werkelijkheden te begrijpen vanuit dat aardse begrip. De vraag die moet worden gesteld is, ben ik echt een kind van YAHUAH?

Wanneer men geboren is in het vlees, betreedt hij de wereld niet door eigen inspanning. Maar de realiteit van de lichamelijke geboorte HEEFT plaatsgevonden, door inspanning door zijn moeder. De realiteit van deze geboorte wordt uitgedrukt in het proces van het kind dat mens wordt. Het kind, ruw/ongevormd bij de geboorte, zal zich nu heel natuurlijk gaan gedragen als een mens. Er zijn verschillen maar het gedrag zal menselijk zijn. Het kind kan niet kiezen zich te gaan gedragen als een dolfijn, een leeuw of bloem. Hij is een mens en zal door die natuur zoeken naar de dingen die geschikt zijn om zich menselijk te gedragen, waarbij er gevarieerde uitingen mogelijk zijn. De realiteit van de 'hemelse' geboorte wordt door Yahusha geplaatst langs de kant van de fysieke!

Als men echt opnieuw wordt geboren, dan zal dit kind van YAHUAH trachten zich te gedragen als een kind van YAHUAH. Zijn gedrag wordt bepaald en geleid door de bron van zijn geboorte, op dezelfde manier dat de aardse uiterlijk en gedrag van kinderen wordt bepaald en geleid door de genetische bepalingen van zijn ouders. Vanuit dit perspectief gezien, moeten we logischerwijs aannemen dat als een belijdend kind van 'God’ consequent gedragingen vertoont die NIET in overeenstemming is met de wegen van de Schepper er twee mogelijkheden zijn. Of de persoon is dan onwetend van de manieren van YAHUAH , of de persoon is alleen een belijdende kind en in werkelijkheid is het Woord van YAHUAH niet ontvangen. In het verhaal met Nicodemus is de realiteit en de expressie van de ‘nieuwe geboorte’ zo zeker als de realiteit van de uitdrukking van onze eerste geboorte.

Laten ik hier stoppen en gewoon mijn standpunt over dit onderwerp geven. Na de vragen die ik kreeg heb ik een lange tijd genomen om de kwestie uitgebreid bestudeerd en daarbij goed te kijken wat de Schriften hierover leren. Dit in context en vanuit Hebreeuwse visie. Daarbij is mij duidelijk geworden dat de vraag of je je redding kunt verliezen of niet, niet iets is waar het Joodse volk mee bezig is/was. Het gaat altijd om 'hoe' om hun Schepper te behagen. Ik ben dan ook van mening dat als een persoon werkelijk de Messias heeft ontvangen en het zaad van het Woord van YAHUAH werkelijk is gezaaid dit door de natuur tot uitdrukking komt in de werkelijkheid door het gehoorzamen van Zijn geboden en Zijn wegen. Dit is wat ik geloof wat de Schrift ons leert, wij mogen bij onszelf onderzoeken of wij ‘in geloof’ leven

We bevinden ons daarbij allemaal in verschillende stadia van groei en ontwikkeling. Ik geloof dat een belijdend gelovige die nog niet wandelt in de Schepper Zijn wegen ofwel de wegen van Zijn Vader nog niet geleerd heeft, of zichzelf en anderen bedriegt. Ik wil de Schriften niet onderwijzen vanuit de optiek van het 'verliezen' van redding. Verlossing begint met een geboorte, een geschenk van YHWH en geen werken, net als een fysieke geboorte. Een echte geboorte wordt gevolgd door een natuurlijke (zaad) verlangen om te zijn als de degene die je in de wereld bracht. De kwestie van verliezen of nooit verliezen is afschuwelijk in het slechtste geval en irrelevant op in het beste geval. De enorme hoeveelheid tijd besteed aan deze vraag is niets minder dan een slechte poging om onze aandacht af te leiden van het geestelijke begrip en leidt af van de weg van 'doen' wat rechtvaardig en heilig is. Het ware kind van YAHUAH is geïnteresseerd, door de natuur, in het behagen van zijn vader en die dingen die hem doen verheerlijken.

Mattheus 5:16 Laat uw licht zo schijnen voor de mensen, dat zij uw goede werken zien en uw Vader, Die in de hemelen is, verheerlijken.

2 Timotheus 2:19 Toch blijft het vaste fundament van God (YAHUAH) staan, met dit zegel: De Heere kent wie van Hem zijn, en: Ieder die de Naam van Yahusha noemt, moet zich ver houden van de ongerechtigheid.

1 Petrus 1:14-16 Word als gehoorzame kinderen niet gelijkvormig aan de begeerten die er vroeger in de tijd van uw onwetendheid waren. Maar zoals Hij Die u geroepen heeft, heilig is, word zo ook zelf heilig in heel uw levenswandel, want er staat geschreven: Wees heilig, want Ik ben heilig.

1 Petrus 2:1-2,8 Leg dan af alle slechtheid, alle bedrog, huichelarij, afgunst en alle kwaadsprekerij. 2 En verlang vurig, als pasgeboren kinderen, naar de zuivere melk van het Woord, opdat u daardoor mag opgroeien, …… voor hen namelijk die zich aan het Woord stoten, door ongehoorzaam te zijn, waartoe zij ook bestemd zijn.

Efeziers 2:8-10 Want uit genade bent u zalig geworden, door het geloof, en dat niet uit u, het is de gave van God (YAHUAH); niet uit werken, opdat niemand zou roemen. Want wij zijn Zijn maaksel, geschapen in Yahusha de Messiass om goede werken te doen, die God (YAHUAH) van tevoren bereid heeft, opdat wij daarin zouden wandelen.

Of het nu in het fysieke of geestelijke is, een echt kind heeft het zaad van zijn vader en produceert de vrucht van dat zaad. Dit is vanaf het begin geweest en zal waar zijn tot het einde.

Openbaring 12:17 En de draak werd boos op de vrouw, en ging heen om oorlog te voeren tegen de overigen van haar nageslacht (zaad), die de geboden van God (YAHUAH) in acht nemen en het getuigenis van Yahusha de Messias hebben.