Is Bekering noodzakelijk voor redding?

Publicatie: November 2017

Is bekering noodzakelijk voor redding?

Lukas 13:3, 5 "Ik zeg u: Nee, maar als u zich niet bekeert [Gr. metanoeo], zult u allen evenzo omkomen”

Handelingen 17:30 “YHWH dan verkondigt, met voorbijzien van de tijden van de onwetendheid, nu overal aan alle mensen dat zij zich moeten bekeren [Gr. metanoeo].”

Bekering is essentieel voor redding. Als een persoon zich niet bekeert, zal hij verloren gaan (Lukas 13:3, 5). YHWH onze Schepper heeft bevolen dat alle mensen, overal, zich moeten bekeren (Handelingen 17:30). Bekering is absoluut noodzakelijk.

Bekering is geen bijkomende vereiste voor redding bovenop geloof. Geloof en bekering zijn onlosmakelijk aan elkaar verbonden.

Handelingen 20:21 “En ik heb zowel tegenover Joden als Grieken getuigd van de bekering [metanoeo] tot YHWH en het geloof [pistis] in onze Heere Yahusha de Messias.”

Bekering en geloof zijn twee kanten van eenzelfde munt. Er zijn talloze passages die geloof noemen als de enige voorwaarde voor redding (Lukas 8:12; Johannes 1:12; 3:16; 5:24; 6:47; 20:31; Handelingen 16:31; 10:43; Romeinen 3:28; 4:5; 10:9-10; 1 Korinthiërs 1:21; Galaten 2:16; 3:26; Efeziërs 2:8-9; enz.). Er zijn andere passages die bekering noemen als de enige voorwaarde voor redding (Lukas 13:3,5; Handelingen 3:19; 17:30; 2 Petrus 3:9). Dit is helemaal niet contradictorisch. Sommige passages gebruiken beide termen (Handelingen 20:21; Markus 1:15). De vermelding van de ene term impliceert de andere. De persoon die waarlijk bekeerd is, heeft waarlijk geloofd in Yahusha de Messias. De persoon die waarlijk geloof gesteld heeft in Yahusha de Messias, is waarlijk bekeerd.

Zo intiem zijn de twee [geloof en bekering] aan elkaar gerelateerd dat je niet het ene kan hebben zonder het andere. De man die gelooft heeft berouw en bekeert zich; de berouwvolle ziel stelt zijn vertrouwen in de YHWH wanneer het Evangelie aan hem onthuld wordt. Geen mens gelooft het Evangelie en rust erop voor zijn eigen redding tenzij hij zichzelf beoordeeld heeft als een behoeftige zondaar voor zijn Schepper. Er is veel controverse met betrekking tot het onderwerp bekering. Het belangrijkste probleem is deze van definitie. De gelovige moet zich ervan verzekeren dat hij instemt met YHWH Zijn definitie van de term.

Velen definiëren bekering als een “afkering van zonde”. Zeker, de zondaar moet een ommekeer van 180° maken met betrekking tot zijn houding tegenover zonde. Hij moet zonde zien zoals YHWH deze ziet. Hij moet begrijpen hoe verachtelijk zonde is in het oog van onze heilige Schepper. Hij moet de arglistigheid van zijn hart kennen (Jeremia 17:9). Zonde is zo verschrikkelijk dat YHWH Zijn enige oplossing het zenden van Yahusha de Messias was om de zondedrager te worden en tot zonde gemaakt werd voor ons

2 Korinthe 5:21 "Want Hem Die geen zonde gekend heeft, heeft Hij voor ons tot zonde gemaakt, opdat wij zouden worden gerechtigheid van YHWH in Hem."

Er moet bij de zondaar een verlangen zijn om vrijgemaakt te worden van zijn zonden, en een begrip dat Yahusha de Messias de Enige is Die dat mogelijk kan maken. Maar, de zondaar heeft op zichzelf geen kracht om zich los te maken van zijn zonden. Zomin als een luipaard zijn vlekken kan veranderen, en zomin als een mens de kleur van zijn huid kan veranderen, zo zal de zondaar geen zuiver leven kunnen leiden (Jeremia 13:23). Dikwijls verwarren mensen bekering met de vruchten van bekering. Zij definiëren bekering dan eerder als een verandering van leven dan een verandering van geest. Een inwendige verandering zal een uitwendige verandering voortbrengen, maar we mogen niet de wortel verwarren met de vruchten. Vergelijk Mattheüs 3:8 dat spreekt van de “vruchten in overeenstemming met de bekering”.

BEKERING omvat een VERANDERING VAN DENKEN. Het woord BEKEREN betekent “uw DENKEN compleet VERANDEREN met betrekking tot iets”. Als een persoon zich BEKEERT dan moet hij eerst toegeven dat hij FOUT DACHT en dat hij zijn hele DENKEN moet VERANDEREN zodat hij begint met JUIST TE DENKEN (zoals YHWH denkt en om de dingen te zien precies zoals YHWH de dingen ziet).

Het Griekse woord voor BEKEREN is METANOEO, dat samengesteld is uit twee woorden:

1. META = VERANDERING

2. NOIEO = DENKEN, BEGRIJPEN

Schriftuurlijke BEKERING betekent dus een “verandering van denken”.

Deze verandering van denken is meer dan een louter intellectuele verandering of louter een mentale bevestiging. Het is dieper dan dat. Deze verandering wordt tot stand gebracht door de Ruach Hakodesh (Heilige Geest) van YHWH in het hart van de persoon, in het diepste van zijn ziel. Het hele wezen van de persoon wordt getroffen door deze verandering. Het omvat een andere attitude jegens de Schepper, de zonde en het eigen ik. De zondaar moet zichzelf zien zoals YHWH hem ziet. Jesaja had een duidelijk beeld van YHWH en Zijn heiligheid en dus een duidelijk beeld van zichzelf:

Jesaja 6:5 “Wee mij, want ik verga! Ik ben immers een man met onreine lippen.”

De verandering van denken die bekering meebrengt, heeft in het bijzonder betrekking op zonde. Beschouw Lukas 5:29-32:

Lukas 5:29-32 “En Levi bereidde voor Hem een grote maaltijd in zijn huis en er was een grote menigte van tollenaars en van anderen die met hen aanlagen. En hun schriftgeleerden en de Farizeeën morden tegen Zijn discipelen en zeiden: Waarom eet en drinkt u met tollenaars en zondaars? Maar Yahusha antwoordde en zei tegen hen: Wie gezond zijn, hebben geen dokter nodig, maar wie ziek zijn. Ik ben niet gekomen om rechtvaardigen [= eigengerechtigen] tot bekering [metanoia] te roepen, maar zondaars”.

Alle mensen zijn ongeneeslijk ziek door de zonde:

Jeremia 17:9 "Arglistig is het hart, boven alles, ja, ongeneeslijk is het, wie zal het kennen?"

Romeinen 3:10-12 "Zoals geschreven staat: Er is niemand rechtvaardig, ook niet één, er is niemand die verstandig is, er is niemand die YHWH zoekt. Allen zijn zij afgedwaald, samen zijn zij nutteloos geworden. Er is niemand die goeddoet, er is er zelfs niet één."

Romeinen 3:23 "Want allen hebben gezondigd en missen de heerlijkheid van YHWH"

Echter de Farizeeën en Schriftgeleerden erkenden hun eigen zondigheid niet. Zij waren vol eigendunk, niet werkelijk rechtvaardig maar dachten dat zij wél rechtvaardig waren. Wat de Messias in Lukas 5 wil zeggen is eenvoudig dit: Niemand zal naar een dokter gaan tenzij hij zich realiseert hoe ziek hij is. Niemand zal naar de Redder gaan tenzij hij zich realiseert hoe zondig hij is. Dit zelfde punt wordt gesteld in Lukas 15:1-7:

Lukas 15:1-7 "Al de tollenaars en de zondaars nu kwamen bij Hem om Hem te horen. En de Farizeeën en de schriftgeleerden morden onder elkaar en zeiden: Deze Man ontvangt zondaars en eet met hen. En Hij sprak deze gelijkenis tot hen en zei: Welk mens onder u die honderd schapen heeft en er één van verliest, verlaat niet de negenennegentig in de woestijn en gaat achter het verlorene aan, totdat hij het vindt? En als hij het gevonden heeft, legt hij het vol blijdschap op zijn schouders. En als hij thuiskomt, roept hij zijn vrienden en buren bijeen en zegt tegen hen: Wees blij met mij, want ik heb mijn schaap gevonden, dat verloren was. Ik zeg u dat er evenzo blijdschap zal zijn in de hemel over één zondaar die zich bekeert, meer dan over negenennegentig rechtvaardigen, die de bekering niet nodig hebben."

De implicatie van zowel Lukas 5 en Lukas 15 is dat bekering een erkenning inhoudt van de eigen zondigheid. De persoon die zichzelf rechtvaardig beschouwt, is niet bekeerd en de Redder van mensen kan die persoon niet helpen.

Een ander voorbeeld van bekering wordt gevonden in de gelijkenis van de verloren zoon. De term “bekering” wordt niet gebruikt (alhoewel wél in de eerste van de twee gelijkenissen in Lukas 15 [vers 7]) maar het idee wordt zeker gevonden in Lukas 15:17. De eigenzinnige zoon “kwam tot zichzelf”. Hij veranderde zijn geest. Hij erkende de dwaze en zondige manier waarop hij had geleefd. Hij ging naar zijn vader. Zijn leven was nog niet veranderd. Hij kwam in lompen en in zijn vuiligheid. De vader is het die hem kleedde en voedde. Hij kwam tot zichzelf en zei: “ik ben niet waardig”. Hij kwam gewoon naar zijn vader. Hij kwam in zijn armoe. Hij kwam in zijn zondigheid. Hij kwam precies zoals hij was. Hij had zijn kleren niet gewisseld en eerder geen bad genomen. Maar zijn innerlijke attitude was geheel veranderd.

Bekering omvat ook een verandering van geest met betrekking tot valse objecten waarop de zondaar zijn vertrouwen stelt. Als een zondaar vertrouwt op zijn eigen goede werken, of zijn religieuze observanties, of zijn bekwaamheid om de wet te houden, of om het even wat anders, dan moet er een complete verandering komen om zich te realiseren dat geen van deze dingen hem kan redden. In plaats daarvan moet hij al zijn vertrouwen stellen in Yahusha de Messias alleen. Wanneer een gelovige zich bekeert, dan zal hij anders gaan denken, en dan heeft hij duidelijk een andere attitude jegens Zijn Schepper, Yahusha de Messias, redding, zijn eigen leven van zonde, en de behoefte aan redding. Hij zal zijn manier van fout denken en zondig leven in beschouwing nemen en zich realiseren dat deze dingen YHWH Zijn waarheid en heiligheid beledigen, en dat hij daarvan bevrijd moet worden en dat ze nagelaten moeten worden. Sterker nog, dat de bekeerde zijn heil zoek in een heilig leven door de wetten en voorschriften vanuit de Thora in zijn leven toe te passen. Bekering spreekt van een ommekeer in een persoon zijn attitudes en overtuigingen. Het spreekt van een inwendig omkeren van wat een persoon geloofde of dacht over YHWH, Yahusha de Messias en hemzelf. Bekering is uw manier van kijken naar het leven te veranderen; het is YHWH Zijn zienswijze en wil (Thora) aan nemen in plaats van de menselijke eigen wil. Bekering is er wanneer een persoon zijn denken verandert over wat dan ook dat hem ervan weerhoudt geloof te stellen in de Messias.

Zoals bij de verloren zoon is bekering er wanneer de zondaar zegt: "...... Vader, ik heb gezondigd tegen de hemel en tegenover u. Ik ben niet meer waard uw zoon genoemd te worden" (Lucas 15:21).

Bekering is zonder twijfel de zieke mens die zijn ziekte erkent; de zondaar die zijn nood erkent. Het is een mens die zich zijn fouten tegenover YHWH realiseert, zichzelf beoordeelt als een hel-gebonden, verloren, verdorven zondaar. Een persoon kan niet gered worden los van dit soort van erkenning van zijn zondige, verloren toestand voor Zijn Schepper.