De Levende Thora in context

Publicatie: December 2014

Volgt u de wetteloze OF de levende Thora... ?

Laten we eens kijken naar wat Yahusha zei in de Bergrede:

Mattheüs 5:17-18:

"Meent niet, dat Ik gekomen ben om de wet of de profeten te ontbinden; Ik ben niet gekomen om te ontbinden, maar om te vervullen. Want voorwaar, Ik zeg u: Eer de hemel en de aarde vergaat, zal er niet één jota of één tittel vergaan van de wet, eer alles zal zijn geschied."

Vaak wordt dit gedeelte nogal gemakkelijk uitgelegd met

“Yahusha heeft de wet voor ons vervuld en daarom hoeven wij dit niet meer te doen”.

Maar is dat ook daadwerkelijk wat er staat, gelet op de context van de tekst lijkt dit de verzen die volgen in Mattheüs 5:21-48 volledig tegen te spreken.

Om deze tekst goed te kunnen interpreteren, moeten we naar de Griekse grondtekst kijken. Hier zien waar in onze vertaling het woord vervullen is gebruikt het Griekse woord 'Pleroo' (plhrow) staan wat 'volledig maken', 'vervolledigen' of 'invulling geven aan' betekend en volgens strongs zelfs uitgelegd kan worden als “compleet of perfect maken”. Met deze betekenis is ook de context van vers 17 en de diepere invulling die Yahusha geeft in de verzen 21-48 weer een eenheid, waarin Yahusha aan Zijn leerlingen benadrukte dat Zijn doel en Zijn opdracht om de wet volledig in te vullen om de wet een diepere betekenis te geven, niet om ze teniet te doen of ze weg te nemen.

In plaats van de geboden af te schaffen, scherpt Yahusha ze zelfs nog aan als we verder lezen in de Bergrede Mattheüs 5:21-48. Het gaat niet alleen om het navolgen van de door YHWH gegeven regels, maar om de houding waarmee je dat doet.

Als voorbeeld wil ik een van de door Yahusha aangehaalde geboden laten zien, in Mattheüs 5 staat:

Mattheüs 5:27-28 "Gij hebt gehoord, dat er gezegd is: Gij zult niet echtbreken. Maar Ik zeg u: Een ieder, die een vrouw aanziet om haar te begeren, heeft in zijn hart reeds echtbreuk met haar gepleegd."

Als je in dit geval puur de regel naleeft en niet daadwerkelijk met een andere vrouw het bed deelt, maar vervolgens wel allerlei seksuele fantasieën hebt over andere vrouwen, ben je toch verkeerd bezig, zegt Yahusha. Zo moeten de geboden niet slechts op een wettische manier gehouden worden, maar vanuit een houding van liefde tot YHWH uit gehoorzaamheid.

Mattheüs 5:19-20 heb ik met opzet even overgeslagen, in deze verzen lezen we:

Mattheüs 5:19-20 "Wie dan een van deze geringste geboden afschaft en de mensen zo onderwijst, zal de geringste genoemd worden in het Koninkrijk der hemelen; maar wie ze doet en onderwijst, die zal groot genoemd worden in het Koninkrijk der hemelen. Want Ik zeg u: Als uw gerechtigheid niet overvloediger is dan die van de schriftgeleerden en de Farizeeën, zult u het Koninkrijk der hemelen beslist niet binnengaan."

Hier lezen we een niet mis te verstane waarschuwing dat wie zelfs maar een van de kleinste van de geboden afschaft en anderen leert dit ook te doen zal als de kleinste in het Koninkrijk van YHWH zijn. En wie in zijn houding niet beter is dan de schriftgeleerden en farizeeën, die zal het koninkrijk niet eens binnen komen.

Heeft Yahusha in de bergrede in vers 17 de wet afgeschaft? Volstrekt niet!