1 Korinthe 16:2 - Is Zondag de christelijke Shabbat?

Publicatie: juni 2021

Een kritische aantijging tegen het houden van de Shabbat weerlegd.


Voor welke Nazarener komt vroeg of laat de kwestie van de Shabbat langs. Er zijn tientallen manieren om de Shabbat te benaderen en er zijn talloze zeer goede boeken die het behandelen. Van groot belang is dat we de Shabbat bestuderen van behandelen vanuit de Schriften en niet vanuit de traditie. Omdat de traditie vaak bewijsteksten tegen de Shabbat hanteert wil ik één van deze teksten uitlichten. Dit keer wil ik inhoudelijke op 1 Korinthe 16:2 reageren. Ik reageer op deze zgn 'bewijstekst' met de grootste zorg en respect voor degenen die de waarheid over de Shabbat zoeken.


ZONDAG DE CHRISTELIJKE SABBAT - 1 Korinthe 16:2


Een opmerkinge uit de DAKE'S GEANNOTEERDE REFERENTIE BIJBEL wordt vaak gebruikt als argument tegen de Shabbat. Sterker nog het laat volgens Shabbat critici zien dt de Zondag nu de Christleijke Shabbat is:


ZONDAG DE CHRISTELIJKE SABBAT - 1 Korinthe 16:2


De discipelen van Mozes leren dat de sabbat van zaterdag naar zondag werd veranderd door Constantijn, 321 na Christus, en door de katholieke kerk, 364 na Christus. De volgende feiten uit de geschiedenis bewijzen dat ze historisch onjuist zijn.


1. De encyclopedie Britannica onder sabbat en zondag zegt: In de vroegchristelijke kerk bleven joodse christenen de sabbat houden zoals andere wetspunten ... Anderzijds legde Paulus vanaf de eerste dagen van het heidense christendom vast dat de joodse Sabbat niet bindend was voor christenen, controverse met judaïsten leidde in de loop van de tijd tot directe veroordeling van degenen die nog steeds de Joodse dag hielden ... 321 AD Constantijn maakte de christelijke sabbat, zondag, de rustdag voor het Romeinse rijk, maar het werd gevierd door christenen voor bijna 300 jaar voordat het een wet werd door Constantijn.


Dit gedeelte uit Dakeś geannoteerde referentie bijbl bevat zoveel aannames en vooronderstellingen dat ik moeilijk weet waar te beginnen. Ik zal dus maar beginnen met de opmerkingen waarmee bovenstaande begint. Ik zal beginnen met ermee in te stemmen dat de zondag de Shabbat van het Christendom is. Zondag is niet de bijbelse Shabbat, maar het is inderdaad de christelijke Shabbat. We beginnen dus met vooronderstelling nummer één, namelijk de veronderstelling dat de christelijke leer gelijk is aan de bijbelse leer. Ik begin hier omdat de eerste waarheid waarnaar wij hier moeten zoeken de Schriftuurlijke waarheid is en niet de Christelijke of Joodse 'traditie' die zij hun doctrine noemen. Het citeren van vroeg christelijke of Joodse bronnen bevestigt alleen de vroege doctrines en overtuigingen van Christenen en Joden. Niet meer en niet minder. Onze zoektocht moet Yahuah Zijn kijk op de Shabbat zijn en niet een godsdienstige kijk op de Shabbat. Als de Christenen, om wat voor reden dan ook, de eerste dag van de week de Shabbat willen maken moeten zij dat zelf weten. Het is alleen niet wat de Schrift ons voorschrijft.


Ik moet aannemen dat de eerste opmerkingen afkomstig zijn uit de Dake's Bijbelcommentaar op 1 Korinthe 16:2. Hier vind ik vooronderstelling nummer twee, de veronderstelling dat dit vers laat zien dat aanbidding en offers op zondag werden gehouden.


1 Korinthe 16:1-2 “Wat nu de inzameling voor de heiligen betreft, moet u het net zo doen als ik het aan de gemeenten in Galatië opgedragen heb: Op elke eerste dag van de week moet ieder van u bij zichzelf iets opzijleggen om op te sparen wat in zijn vermogen is, opdat de inzamelingen niet pas dan gehouden worden, wanneer ik gekomen ben.”

Nu, afgezien van het feit dat een inzameling op zondag voor de heiligen geen bewijstekst vormt voor 2000 jaar samenkomst op zondag voor de christelijke sabbat, moet de uitdrukking 'eerste dag van de week' eerst worden aangepakt. In het Hebreeuws, Grieks en Nederlands zijn er twee verschillende woorden die de subtiele verschillen tussen een hoofdtelwoord en een rangtelwoord aangeven. Een hoofdtelwoord identificeert 'hoeveel'. Een hoofdtelwoord is één, twee, drie, vier of 1,2,3,4. Een rangtelwoord identificeert de volgorde, zoals eerste, tweede, derde, vierde of 1e, 2e, 3e, 4e. In het Hebreeuws identificeert het woord 'echad het getal en ri'shon de volgorde. In het Grieks duiden de woorden eis, mias het getal aan en het woord protos identificeert orde. Het woord protos moet bekend voorkomen, want daar komt de Nederlandse term 'prototype' vandaan. Met andere woorden, dat wat eerst komt. Laten we dus eens kijken wat de Griekse tekst van 1 Korinthe 16:2 zegt over de Nederlandse vertaling van 'eerste dag van de week'.


kata mian sabbaton’


In het Nederlands is deze zin opzettelijk vertaald als 'elke of op de eerste dag van de week'. Maar is dit wat het Griek zegt? Het eerste woord is kata, wat in deze context elke of op betekent. Het tweede woord is mian. Komt dat bekend voor? Het is het Griekse woord voor nummer, niet voor volgorde. Het staat in de accusatief enkelvoud en moet worden vertaald als 'één' en niet 'eerste'. Tijdens vertaalproces werd de Griekse tekst geïnterpreteerd door er eigen ideeën in te lezen, welke werd toegepast op alle verschijningen van 'eerste dag van de week'. Behalve in Markus 16:9, welke we een ander keer kunnen behandelen. Het volgende dat misschien opvalt, is dat er geen Grieks woord voor 'dag' in deze tekst staat. Dit woord is door de vertalers toegevoegd. Het Griekse woord voor 'dag' is ‘hemeras’, dat duidelijk aanwezig is in andere toepassingen die verband houden met het Griekse woord voor 'eerste'.


Handelingen 20:18 “En toen zij bij hem gekomen waren, zei hij tegen hen: U weet hoe ik, van de eerste dag af dat ik in Asia aankwam, heel de tijd in uw midden geweest ben”


Markus 14:12 “En op de eerste dag van de ongezuurde broden, wanneer ze het Pascha slachtten, zeiden Zijn discipelen tegen Hem: Waar wilt U dat wij heengaan en voorbereidingen treffen, zodat U het Pascha kunt eten?”


Tot dusver hebben we twee zeer opvallende wijzigingen in de Griekse tekst. Het volgende woord moet u bekend voorkomen. Het woord sabbaton is geen Grieks woord. Het is een transliteratie van het Hebreeuwse woord Shabbat. Grieks en Engels hebben geen equivalenten voor dit Hebreeuwse woord, dus beide talen zijn gedwongen om fonetische equivalenten toe te kennen aan elke letter van dit Hebreeuwse (Schriftuurlijke) woord. Dit woord is niet alleen getranslitereerd, maar verschijnt in het Grieks in het meervoud en niet in het enkelvoud. De moderne vertalingen hebben 'aangenomen' dat, aangezien het Hebreeuwse woord Shabbat verwijst naar de 7e dag, dit woord gelijk moet zijn aan een week. Daarom hebben ze dit Hebreeuwse woord vertaald met 'week'. Maar het Hebreeuwse woord voor week is shavua', zoals bijvoorbeeld in het 'Wekenfeest' of de 70 'weken' van Daniël. Beide woorden delen een gemeenschappelijke wortel van 'zeven', maar het zijn geen uitwisselbare woorden. Shabbat verwijst altijd naar de rust en stopzetting van het werk als het betrekking heeft op de 7e dag van de week. Shavua' is het Hebreeuwse woord voor 'week'. In de Septuaginta of Griekse vertaling van het Oude Testament is het Griekse woord voor week ebdomas.


Exodus 34:22 “Ook moet u voor uzelf het Wekenfeest houden, dat is het feest bij de eerste vruchten van de tarweoogst; en ook het Feest van de inzameling, bij de jaarwisseling.”


Met andere woorden, goed gebruikt het woord in het Grieks voor een 'week' is van groot belang. De reden waarom het voorkomen van 'eerste dag van de week' in de Griekse tekst sabbaton heeft in plaats van ebdomas, is omdat er wordt verwezen naar de Shabbat en niet naar de zondag. De juiste vertaling van 1 Korinthe 16:2 zou naar de Shabbat moeten verwijzen en niet naar de zondag. Waarom zou de Griekse tekst de verzameling van de heiligen voor de aanbidding van Yahuah op de Shabbat moeten weergeven? Omdat dat altijd de tijd van samenkomen geweest voor familie of gelijkgestemde volgelingen van de Elohim van Israël. De grote aanwijzing zou kunnen liggen in de vele keren dat Yahuah heeft gezegd dat Hij niet is veranderd en dat we ZIJN Shabbatten en feesten niet mogen ontheiligen.


1 Samuel 15:29 “De Sterke Elohim van Israël liegt nooit en doet altijd wat Hij heeft besloten. Mensen veranderen van gedachten, maar Hij is geen mens. Hij verandert nooit van gedachten


Maleachi 3:6 “Let op, Ik, Yahuah , verander niet. Daarom zijn jullie niet totaal vernietigd, volk van Jakob!”


Lijkt u dat een waarschuwing? Voordat ik verder ga, wil ik erop wijzen dat de uitdrukking 'een van de Shabbatten' een verwijzing is naar de tijdsperiode tussen het zwaaien van de schoven en het feest van Shavu'ot, traditioneel genoemd het tellen van de omer.


Laten we het nu hebben over de woorden van de Encyclopedia Britannica. ‘In de vroegchristelijke kerk bleven joodse christenen de Shabbat houden zoals andere wetspunten…’ Allereerst waren de discipelen van het huis van Juda en de joodse volgelingen van Yahusha geen 'joodse christenen'. De term 'christen' werd toegepast op niet-Joodse gelovigen van een Joodse Messias door de spot te drijven met ongelovigen in Antiochië, een zeer niet-Joodse stad. Noch Paulus, noch een van de schrijvers van het Nieuwe Testament noemen zichzelf christenen. Ik ben het eens met de kern van deze verklaring. Het verslag van Eusibius getuigt duidelijk dat ten tijde van het einde van Johannes zijn leven en zijn trouwe volgeling Polycarpus, volgelingen van de Messias de Messias nog steeds volgden. Alle dingen die Yahushua deed en zij Hem hadden zien doen, deden ze ook. Waar het stoppen van het onderhouden de Shabbat begon, zullen we later bespreken. Ik wil ingaan op de volgende veronderstelling uit de Encyclopedia Britannica; ‘Anderzijds legde Paulus vanaf de eerste dagen van het heidense christendom vast dat de joodse Sabbat niet bindend was voor christenen'.

Heidens christendom? Hier zien we hoe gemakkelijk het is om in nomenclatuur te vervallen welke geen plaats heeft in de Schrift. Toch is het onderdeel geworden van de 'kerk'. Het is misschien een geschikte term voor degenen die een religie aanhangen in plaats van de Schrift. Tot nu toe heb ik ontdekt dat elke andere zin in de Encyclopedia Britannica gevuld is met niet-bijbelse terminologie die voortkomt uit de vroege kerkvaders in plaats van uit de Schrift. Waar in de Schriften vinden we het niet-joodse christendom in tegenstelling tot een Schriftuurlijke Shabbat?


Ik veronderstel dat we op een gegeven moment onze aandacht moeten richten op een grote herdefinitie. In het boek Handelingen vinden we Paulus zeven keer in context met de Shabbat. Vier daarvan staan in hoofdstuk 13 waar we Paulus op deze dag in de synagoge zien onderwijzen (Handelingen 13:14,27,42,44). Dit gedeelte van de Schrift zegt niets over Paulus zijn houding ten aanzien van deze dag, behalve dat hij op deze dag in de synagoge diende. De andere drie tijden zijn als volgt:


Handelingen 16:13 “En op de dag van de sabbat gingen wij de stad uit, de rivier langs, waar het gebed gewoonlijk plaatsvond; en nadat wij daar waren gaan zitten, spraken wij tot de vrouwen die er samengekomen waren.”


Tot dusver heb ik moeite om enige veroordeling te vinden ten opzichte van deze dag.


Handelingen 17:2 “En Paulus ging naar zijn gewoonte bij hen naar binnen en drie sabbatten lang ging hij met hen in gesprek vanuit de Schriften.”


Handelingen 18:4 “En hij sprak iedere sabbat in de synagoge en probeerde Joden en Grieken te overtuigen.”


Wat deden de Grieken in hemelsnaam in de synagogen? Weten zij niet dat deze Joodse dag niet bindend voor hen is?


Nu ben ik me er volledig van bewust dat degenen die geloven dat Paulus werkelijk leerde tegen het houden van de Shabbat, hun bewijsteksten ontlenen aan andere plaatsen in de geschriften van Paulus. De vier belangrijkste bronnen van dit geloof komen uit Kolossenzen 2:16, Galaten 4:10, Romeinen 14:6 en Romeinen 6:14. Er is slechts een beetje achtergrondinformatie nodig rondom deze geschriften om te begrijpen dat het veranderen van de Shabbat contextueel niet het onderwerp van Paulus zijn onderwijs is. De schrijvers van het Nieuwe Testament gaan uit van vastgestelde overtuigingen, ze beginnen geen nieuwe overtuigingen.